Voor een artiest als IJsbrand zijn de Scorpio Sessions op Radio Scorpio uitgevonden. De troubadour op blote voeten brengt zijn liederen in sprankelend Nederlands en heeft daar niet meer voor nodig dan een piano en zijn fantastische stem. In Svalbard neemt hij ons mee naar de langste nacht van het jaar in het ijzige hoge noorden, maar ook naar een relatie die weer en wind doorstaat. Uitbrengen als single, deze instantklassieker, dat zeggen wij.
Wie zo ijzersterk begint, loopt natuurlijk het risico dat zijn overige nummers in de schaduw zullen staan. Volière walst heerlijk, maar heeft niet die wonderlijke opbouw en coherentie van Svalbard. Eerder dan een tijdloos gedicht is dit een uitwaaierende dagboeknotitie vol ontwapenende zelfrelativering, compleet met parlando die een gesprek tussen de zanger en zijn date weergeeft.
IJsbrand mag ook nog een derde nummer brengen. Met openingsregels als “Kom gaan we nog eens zeilen? / Tot alles blauw is rond ons twee / En alle zorgen die te zwaar zijn voor vandaag / Geven we aan de zee” toont hij zich als een volbloed romanticus. Dan gooit hij het roer helemaal om en op een boogiewoogieritme brengt hij het verhaal van zijn leven als muzikant, wat eindigt als een onvervalste musicalballade. Schitterend in elkaar gestoken, maar dit soort teksten hebben we al vaker gehoord, terwijl IJsbrand in Svalbard toch bewees met zijn innovatieve lyriek moeilijke thema’s om te vormen tot een bloedmooi lied.