Wat doet een muziekliefhebber die na maandenlang herfstweer plots zonder pardon geconfronteerd wordt met zomerse temperaturen? Die zoekt verkoeling op, een koude tocht, compromisloze kille klanken en een groep of twee die daar nog iets geniaals mee doen ook. De Ancienne Belgique was zo goed als volgelopen voor een double bill van het allerhoogste niveau. Gothic rock en doom metal kwam uit Californië neergestreken in de zwarte ‘koningin van onderland’-gedaante van Chelsea Wolfe. De 40-jarige Chelsea bracht dit jaar toch al haar zevende album uit, mysterieus She Reaches Out To She Reaches Out To She getiteld. Op 29 mei voor het eerst en in Brussel voor de allerlaatste keer kreeg ze in totaal 18 avonden lang het gezelschap van het onvolprezen IJslandse Kælan Mikla, niet minder mysterieus maar wel een pak elfjesachtiger.
Bleek dat Kælan Mikla eerder onbekend was bij het gemiddelde aanwezige wolvennest, maar daar weten zangeres Laufey Soffía, bassiste Margrét Rósa Dóru-Harrýsdóttir en toetseniste en backingzangeres Sólveig Matthildur Kristjánsdóttir heus wel raad mee. Overtuigen doen ze altijd en overal, ook in Brussel.
In 2021 brachten ze hun laatste album Undir köldum norðurljósum uit, wat zoveel betekent als ‘onder het koude noorderlicht’. Zeven van de 11 nummers kwamen uit die plaat, wat het geheel erg sfeervol en coherent deed overkomen hoewel de plaat ons altijd al minder bij het nekvel greep dan de vorige albums. Die waren erg donker en gepekeld in een onheilspellende artpostpunkgrot, de nieuwere nummers voelen als het noorderlicht in een magisch bos, alsof Sigur Rós de soundtrack heeft geschreven voor een nieuwe Harry Potter-film.
Het naar de band vernoemde openingsnummer van hun tweede album uit 2016 liet meteen kippenvel verschijnen op de bezwete zomerlijven in de zaal. Het ging om een korte versie van het nummer dat als een akelig gedicht naadloos overging in het prachtige Stormurinn (storm). Misschien was het middenluik van de set het meest ambitieuze met het briljante duo Andvaka / Draumadis van de geweldige plaat Nótt eftir nótt. Het eerste bezingt slapeloosheid en laat Laufey kermend en zuchtend het voortouw nemen in een bezwerende dans. Een Draumadis is een droommeisje en was vooral een geweldige portie new wave.
In Örlögin schitterde Margrét met een baslijn die zo uit Pornography kwam overgewaaid. Geen toeval dat ze door Robert Smith al werden uitgenodigd op een muzikaal theekransje. De ene dark wave classic na de andere passeerde.
Laufey heeft voor deze tour haar blonde haren zwart geverfd, dat leek wellicht beter te passen bij Chelseas stijl. Ook het elfjesgewaad van de voorbije twee jaar werd voor een postpunk-outfit ingewisseld, maar het was een match made in heaven.
Traditioneel doen ze alle drie iets met hun ogen. Hun ogen leken een tranendal of waren een verwijzing naar de takken van een dode boom. Zwarte ogen dus. Meteen het sein voor Svórt Augu dat de essentie van de band demonstreerde, donkere complexe en dreigend dromerige prachtsongs die een dimensie hoger getild werden door de stem van Lauffey, de ene keer mysterieus laag zingend, de andere keer hoog en passioneel kermend. Hoe ze zong en over het podium schreed was bedwelmend mooi. Het acht jaar oude Kalt was een hoogtepunt en leidde de bloedmooie finale in met drie nummers uit de laatste plaat.
‘Kalt’ was het zeker, die koude rillingen van genot en complete adoratie in de zaal bij Sólstödur en afsluiter Hvítir Sandar. Sólstödur was imponerende got(h)ische hekserij over de zonnewende met de in een loop terugkerende en live versterkte angstaanjagende angstkreten van de dames.
De unieke blend van postpunk, cold wave en darkwave kende haar hoogtepunt tijdens Hvítir Sandar wat gewoon altijd beter bekt dan Wit Zand. ‘Mikla’ betekent overigens groot en we vonden deze drie heerlijke IJslandse bosnimfen alweer erg groots. Hun donkere nummers over natuurfenomenen maakten van hen in de AB de gedroomde opener van de avond, hoewel ze eigenlijk al lang te goed zijn om als voorprogramma te worden uitgespeeld.
Waar Kælan Mikla wel eens uit een luchtig vaatje dreigde te tappen was het gedaan met lachen toen Chelsea Joy Wolfe met hoge hakken, lang zwart gewaad en haar drie bandleden Whispers In The Echo Chamber op ons loslieten. De opener van de nieuwe plaat die op één nummer na integraal gespeeld werd is vintage Chelsea Wolfe. Donkere logge en harde industrial-drumsalvo’s en vette gitaren vormden zo al meteen een schril contrast met de hoge wonderbaarlijke prachtstem van Chelsea. Dit nummer verenigde fans van Nine Inch Nails met die van Tool.
Achteraan het podium hing een wit doek waarop afbeeldingen en lichtbundels geprojecteerd werden die voor een adembenemende lichtshow zorgden. Het pompende en rockende House Of Self-Undoing was een erg gejaagde knaller waarin Chelsea als een godin diende op te boksen tegen laserbundels in een rode gloed.
Die Tunnel Lights gingen onder extatisch gejuich over in het fenomenale 16 Psyche van de plaat Hiss Spun die samen met The Abyss haar status als ‘gothic goddess’ en de garantie op een levenslange achterban bevestigden in de jaren 2015-2017. Ondertussen is ze weg bij Sargent House maar de nieuwe nummers lijken geenszins te moeten onderdoen voor haar briljant tweeluik bij dat label. Ook The Culling uit die plaat passeerde en het viel op dat de nieuwe nummers als gegoten pasten tussen die tijdloze klassiekers. Deze aanzwellende parel ontbolsterde zich alweer tot een majestueus meesterwerk. En wat dan gezegd van het overheerlijke After The Fall uit 2015 met de simpele maar desondanks door merg en been snijdende “Nothing will keep us apart. Never give up, never given in”.
De grote klasse demonstreerde ze echter vooral in die nummers die minder voor de hand leken zoals The Mother Road van haar Birth Of Violence-plaat die de enige plaat is die we niet in onze eindejaarslijsten hebben opgenomen. Het was een rustige plaat die vooral haar mooie stem accentueerde maar minder met ons deed. Hier was het echter wel raak, zeker door de combinatie met Deranged For Rock ’n Roll uit dezelfde plaat. Het was een rustiger deel dat behoorlijk indruk maakte.
De lichtbundels bleven voor een geweldige sfeer zorgen. Het leken wel helikopterzoeklichten die koortsachtig hunkerden naar wilde liefde. Het echt wel oude Feral Love maakte dan opnieuw de brug met het heden en met het heerlijke Salt en het indrukwekkende pixelveld dat op het podium iedereen in puntjes transformeerde. Het vat met peper leek echter even vermist toen de nieuwe songs erna toch even een dipje in de set inluidden.
Chelsea ging dan tekeer met een amulet maar een nummer als Eyes Like Nightshade was te ondoorgrondelijke industrial die de finesse was kwijtgespeeld. Let op, Chelsea wist in haar koppigheid toch weer de bovenhand te halen en het redelijk sublieme nieuwe Dusk bracht het niveau weer op stratosferische hoogte om de reguliere set af te sluiten met een nummer van de Glassroom Sessions, een akoestisch zijstapje uit 2015 dat Flatlands opleverde.
Het was in de AB toch weer die meesterlijke combinatie tussen hard en zacht, aantrekken en afstoten die de emoties onder de fans hoog deed oplaaien. Chelsea Wolfe kwam terug voor een bisronde, een tweeluik dat gensters deed ontbranden en de hierboven beschreven essentie van haar bestaan uitvergrootte.
Carrion Flowers – met de obligate rode gitaar – was ook nu weer het compleet ontspoorde zwaar op de hand en maag liggend meesterwerk van The Abyss en bij het uitdoven van het nummer verdwenen de bandleden in het schemerdonker. Chelsea omgordde dan een akoestische gitaar om de hele zaal stil te krijgen met een solo-interpretatie van The Liminal. Ze fluisterde zich naar het einde van de set die een bevlogen grand cru Chelsea Wolfe etaleerde die met strakke hand een donkere avond op meesterlijke wijze naar haar hand wist te zetten. Maar dat konden we evengoed over Kælan Mikla zeggen dat speelser een even grote indruk maakte.