Luminous Dash BE

WHISPERING SONS

Image. Zo heet het debuut van de Whispering Sons. Een plaatwaar heel wat mensen naar hebben uitgekeken. Straf en donker in alle opzichten. In hartje Brussel hadden we een gesprek met Fenne Kuppens en Kobe Lijnen.

Whispering Sons (c) : Karim Hamid

Jullie debuut Image is nu uit. Ik kan me best inbeelden dat de druk op jullie behoorlijk zwaar is geweest. Eens je de plaat hoort, snap je waarom het zo lang duurde, want het gaat om een lp waarover zeer goed is nagedacht. Was het niet moeilijk dat mensen jullie steeds maar bleven vragen wanneer die plaat er eindelijk kwam.
Fenne: Die druk was wel reëel. In ons achterhoofd speelde steeds wel het idee dat het goed moest zijn, maar aan de andere kant hebben we ook de tijd genomen omdat we een plaat wilden uitbrengen die we zelf wilden horen, en niet per se wat het publiek wilde horen.
Kobe: Ik vind niet dat het uiteindelijk zo lang heeft geduurd. Toen onze ep Endless Party uit was, hadden we totaal geen idee van wat er ons te wachten stond op de Humo’s Rock Rally. We hadden geen nummers klaar om een lp op te nemen, en in feite moesten wij helemaal vanaf nul beginnen. En er kroop ook heel wat tijd in de vele optredens die we speelden sinds de finale van de Rock Rally. Traag? Zeker niet, iedereen neemt daar zijn tijd voor, en nog  meer als het een debuutplaat is. Het was zeer belangrijk dat deze plaat goed was.

En zeg het ons, Image is jullie droomplaat geworden?
Fenne: Ik denk dat het de beste plaat is die we op dit moment hebben kunnen maken.
Kobe: Absoluut juist, daar ben ik ook vrijwel 100% zeker van. We zijn nu negen maanden verder, de plaat is opgenomen in januari, en hoewel ik in mijn hoofd al volop aan het brainstormen ben over een tweede album, ben ik nog altijd zeer tevreden over Image.
Fenne: Image is een plaat waarmee ik naar buiten durf komen! (lacht)

Ik vind Image meer een groepsplaat dan Endless Party. Is daar bewust over nagedacht?
Fenne: Niet echt. Wel is het zo dat er meer over de instrumentatie is nagedacht en dan over elk instrument afzonderlijk, zo wordt er op de nieuwe plaat bijvoorbeeld met akoestische drums gewerkt.
Kobe: Daar heeft onze producer en co-producer een zeer grote rol ingespeeld. Endless Party was een beetje de livesound die we twee jaar geleden hadden, maar door veel live te spelen is ons geluid meer geëvolueerd. Dat is het resultaat wat je op Image hoort.

Whispering Sons (c) : Karim Hamid

Image doet mij denken aan het latere werk van Talk Talk. Niet zo zeer muzikaal, maar wel omdat er veel lagen in de muziek zit waardoor je bij iedere beluistering nieuwe details gaat ontdekken. Klopt dit beeld?
Kobe : Dit hangt af van nummer tot nummer. Er zitten songs tussen die live opgenomen zijn en waarbij er weinig overdubs aan te pas kwamen. Andere nummers werden dan weer wel laag per laag opgebouwd.Fenne: Het heeft te maken met wat ik je daarnet vertelde over hoe we meer zijn gaan nadenken over de instrumentatie, nadenken over welk geluid bij een ander geluid klopt. Daardoor klinkt Image veel gelaagder dan Endless Party dat eerder straight forward en gas geven was.
Kobe: Een goed voorbeeld daarvan is de afsluiter van de plaat No Image. Oorspronkelijk was dat meer een standaard Whispering Sons-nummer, maar uiteindelijk is het op plaat niet geworden wat het live was. Daar speelde ook weer de rol van de producer een grote rol in. Endless Party boorde voort op één thema en daar was eigenlijk niet over nagedacht, dat was gewoon de song opnemen zoals die live klonken. Bij Image was dat helemaal anders.

No Image klinkt wel als Insights 2.0
Kobe : Dat is mooi gezegd (lacht).
Fenne: We waren bezig met het nummer op te nemen, en op één of andere manier werkte die song niet. We waren er een halve dag aan bezig en we voelden dat er iets ontbrak. En het was Micha Volders die de hele voormiddag bleef zeggen dat het een goed idee zou zijn om een piano op te nemen. Maar wij vonden dat bij aanvang maar niets.
Kobe : Voor mij ging er wel een lichtje branden, want ik wilde eigenlijk wel graag een stukje piano spelen op de nieuwe plaat.
Fenne: Dus uiteindelijk hebben we het wel gedaan en dat pianostuk opgenomen. Op die piano heb ik nog eens opnieuw mijn vocals opgenomen waardoor het meteen een ander gevoel kreeg. Het werd ook een heel andere vocal take. Ik zat daar alleen in mijn hok, ik kreeg een ander gevoel en het was net alsof alles op zijn plaats viel. Ik werd er heel emotioneel van, sommige vocal takes heb ik moeten overdoen omdat er een krop in mijn keel zat. Na een uurtje wachten hebben Micha en Bert het als een soort van rough mix aan elkaar geknutseld.
Kobe: We hadden het nummer dus al opgenomen en zij hebben er bepaalde dingen uitgeknipt en daarmee een soort mix van gemaakt.
Fenne: In feite is dat het omgekeerde van die gelaagdheid, er zitten heel wat laagjes in die je eigenlijk niet hoort.
Kobe: Het is net alsof ze uit een stuk steen een mooi beeld uitgebeiteld hebben.

Jullie zaten in de studio met Micha Volders en Bert Vliegen. Hebben deze twee mensen jullie begeleid in dat “nieuwe” geluid?
Kobe: Ze hebben bijgedragen aan hoe de plaat is geworden tot wat ze is. We konden best wat sturing gebruiken en ze zorgden ervoor dat onze ideeën verschillende lagen kregen. Niet alles op dezelfde manier doen, maar verschillende wegen zoeken. Meer variatie in de sound brengen.
Fenne: Maar de nummers zelf zijn nooit veranderd, het ging hem puur om de sound. Micha was daar de perfecte persoon voor omdat hij over alles iets weet, vooral zijn inbreng bij dingen zoals de synths of drums konden we best gebruiken.
Kobe: En je hoort dat op de plaat ook. De drums en de synths komen meer naar voren dan dat op de vorige plaat het geval was. Ook Bert heeft een paar ideeën aangebracht die uiteindelijk op de release zijn beland zijn. Hoewel Bert in eerste instantie de technieker was, verdient hij zonder meer de titel van co-producer.
Fenne: Absoluut. Limburgers onder elkaar in de Ardennen, weet je wel…

Ik had het nooit gedacht dit te kunnen zeggen, maar Image is het donkerste wat de Whispering Sons ooit hebben gemaakt.
Kobe (lacht): Ja, die thema’s toch…
Fenne: Ook dit heeft weer met de gelaagdheid te maken. Je kan wel zeggen dat het donker is, maar toch niet zo in your face donker.
Kobe : Ik weet zelf niet hoe ik het moet gaan omschrijven, maar ik zou er het woord “echter” op plakken.
Fenne: Eerlijker. En tja, dat is nu eenmaal duister en donker zeker? Maar toch hebben we nooit bewust gedacht om nog een stap donkerder te gaan. Het is gewoon zo gegroeid, en dat is waarschijnlijk ontstaan bij de live-optredens.
Kobe : Misschien dat bepaalde thema’s wel wat zwaarmoedig overkomen, maar dat is nu eenmaal wie wij zijn. Ik schrijf zelf maar weinig songs in majeursleutels, maar meer in mineursleutels omdat ik op deze manier liever werk en het voor mij beter klinkt.

Strange Identities en White Noise staan niet op de lp. Bewust daar voor gekozen, of past het gewoon niet op het concept van Image?
Fenne : Een zeer bewuste keuze, simpelweg omdat wij reeds uitgebrachte nummers niet opnieuw wilden uitbrengen. Die songs hebben hun release gehad, en dat was goed zoals het was, ze opnieuw uitbrengen was gewoon overbodig.
Kobe : Die twee songs dateren ook van de periode voor dat we Image hebben opgenomen en dat zou gewoon betekend hebben dat we twee oude single op onze nieuwe plaat zouden gezet hebben. Uiteindelijk hebben we nog nummers moeten schrappen…

Image lijkt mij een compleet nieuwe start. De muziek van Image vind ik persoonlijk veel rijper dan deze op Endless Party.
Kobe : Puur muzikaal bekeken was het voor ons de allereerste keer dat we in een puur professionele omgeving zaten. Dat hoor je op de plaat. Misschien zijn er wat thema’s veranderd, maar uiteindelijk komt het neer op de evolutie die de band heeft mee gemaakt.
Fenne : Het is misschien wat stom om te zeggen, maar een debuutplaat is een beetje als een eerste kind en in die zin is het inderdaad wel een beetje een nieuwe start. Niet dat we ons per se willen distantiëren van ons vorig materiaal, want dat blijkt nog altijd goed te werken, maar het voelt spannend aan.
Kobe : Als ik naar ons ouder werk luister dan denk ik dat Insights of Performance het dichtst aanleunen bij wat er op Image staat. Laat ons zeggen dat het geen nieuwe start is, wel een nieuwe aanzet (lacht).

(c) : Karim Hamid

Jullie staan op de hoes afgebeeld als naakte Rodin-personen.
Fenne (onderbreekt) : Wij zijn het niet!

Ah neen?
Kobe : Het is grappig, maar heel wat mensen denken dat wij het zijn!

En is er dan een verband met de muziek en de hoes, in de zin dat jullie jezelf bloot geven?
Fenne: Je mag daar de betekenis aan geven die je wil geven. Ik heb daar zelf nooit over nagedacht over dat bloot geven.
Kobe: Het is wel een mooie link (lacht).
Fenne: Ikzelf vind dat de hoes iets heel bevreemdends heeft. Iets schilderachtigs, het lijkt wel op een tafereel uit een schilderij. Het lijkt op een schilderij terwijl het een foto met echte mensen is. De afstand en de vervreemding, iets wat ook een zeer belangrijke rol speelt in de teksten, vandaar dat die hoes daar zo goed bij paste.
Kobe : Eenmaal toen we de klik voelden, wisten we dat er moesten voor gaan, dit was gewoon het beeld dat bij onze plaat past.

Als ik Whispering Sons in een hokje moet duwen dan is het maar dat van de postpunk. Zeer populair tegenwoordig, denk maar aan Fornet of Public Psyche, maar het is wel een genre dat onstaan is in donkere tijden. Dat is het nu ook, schrijven jullie muziek in functie van die donkere tijden?
Kobe: Het is niet maatschappijkritisch, zeker niet van mijn kant uit.
Fenne: Zeker niet. Het is wel “The personal is political”. Het is allemaal heel persoonlijk en introvert. Het gaat over eigen ervaringen en eigen gevoelens, maar het gaat nooit direct een kritiek zijn op de wereld. Het is natuurlijk wel zo dat die buitenwereld een invloed heeft op wat ik schrijf, dus in dat opzicht is het tussen aanhalingstekens wel politiek geëngageerd.

Jij schrijft de teksten, Fenne?
Fenne: Ja, de teksten is puur ik.

Als een echte dictator?
Fenne: Jaja, de rest leest die niet eens (lacht).
Kobe : Ik zing ze mee hoor, maar neen teksten, dat is Fenne haar ding.
Fenne : Als ik mijn teksten niet zelf schrijf, dan voel ik ze ook niet. Ik zou me niet kunnen inleven op een podium en zouden het voor mij woorden zonder betekenis zijn.

Jullie spelen binnenkort met The Soft Moon, één van de dromen?
Fenne: Toch één van de kleine droompjes hoor. Het is iets wat we echt al lang willen.
Kobe: Het is ook een artiest die we echt respecteren. The Soft Moon was één van de eerste inspiraties, in de hele oude tijden van de Whispering Sons hebben we er zelfs een nummer van gecoverd. En het feit dat we er mogen mee samenspelen vind ik echt wel sjiek, en ik kijk er ook echt naar uit om de persoon achter de muziek te leren kennen.

Jullie spelen zo wat overal, niet?
Fenne : Duitsland zit er vooral in, maar ook Frankrijk, Zwitserland, Nederland, Hongarije, Italië en Tsjechië.

De plaat heet Image en eindigt met de song No Image. Toeval?
Fenne : Er zit een reden achter (lacht). De zoektocht naar een titel bleek niet zo eenvoudig. No Image is zo wat het nummer dat alles samenvat omdat het tekstueel en muzikaal naar iets opbouwt, maar het brengt geen resolutie. Het is een open einde, en in dat opzicht is het een belangrijk nummer op de plaat.
Kobe: Het brengt geen oplossing aan de situatie die we schetsen op de plaat, dus daarom “no image”.
Fenne: No Image is het tegenoverstelde van wat er op de hele plaat verteld wordt. Over de hele plaat wordt een beeld geschetst van iets wat buitenaf staat. Iets wat je observeert, maar waar je nooit aan deelneemt. Daardoor leek het simpele, bijna banale woord Image zo toepasselijk.
Kobe: Op deze plaat hadden we ons geen andere closing track kunnen inbeelden dan No Image.

Het lijkt wel Twin Peaks. Iedereen weet waarover het gaat, maar het is alleen de maker die het snapt..
Kobe (zucht): Tja, ik moet zeggen dat het tweede seizoen van Twin Peaks vaak opstond toen de nummers van de plaat geschreven zijn. Is er een verband? Ik weet het niet (lacht).
Fenne : Fun fact! Alone is ontstaan door een zin die is uitgesproken door de Log Lady, maar heeft er voor de rest niets mee te maken. (“They move so slowly when they’re not afraid”).

Mobiele versie afsluiten