Het moet worden gezegd: Wanderrooms, het debuut van Krankland is lichtjes geniaal. We hadden een gesprek met bezieler Thomas Werbrouck.
Dag Thomas, laten we het eerst eens over die naam hebben, waar heb je Krankland vandaan gehaald en wat bedoel je ermee?
Ik wil op avontuur met deze band, ik wil een heel universum oproepen. Vandaar moest ik tekst en muziek wel loskoppelen van mezelf: ‘Thomas, de singer-songwriter’. KRANKLAND is bovendien letterlijk beïnvloed door land: inspiratie haal ik vaak uit desolate landschappen. Een road trip door Amerika, bergwandelingen in Spanje… En ook in België wellen de songs in me op door mooie plaatsen in de Westhoek of de Ardennen. Het KRANKLAND ligt ergens tussen al die plekken in, tussen het West-Vlaamse donker en de Highway 61 in de VS. Land of Hope and Sores is bijvoorbeeld letterlijk ontstaan na een autotrip op de A19, tussen Kortrijk en Ieper. Ik ben beginnen te zingen in de auto, had een tekst in mijn hoofd. En toen ik thuiskwam heb ik mijn gitaar gepakt en akkoorden gezocht bij mijn woorden. Et voilà, KRANKLAND was geboren.
Is Krankland nu een soloproject van jou of is het eigenlijk een band? Ik bedoel, de songs komen wel uit jouw brein, maar de muziek werd uiteindelijk gecreëerd door een hele resem muzikanten waarmee jij regelmatig samenwerkt.
Begin 2015 ben ik liedjes beginnen te schrijven die duidelijk geen Little Trouble Kids-liedjes waren. In de zomer van 2015 heb ik Christophe Claeys aangesproken. Hij heeft op zijn beurt Janko Beckers en bassist Thomas Mortier erbij gehaald, en vervolgens zijn we samen in de studio aan de slag gegaan. In tien dagen hebben we mijn primaire demo’s omgezet tot tien volwaardige songs. Samen. Want ik wou dat je de muzikanten kon horen ademen, zweten, zwoegen, spelen.. En dat is volgens mij gelukt: de plaat staat bol van de elektriciteit tussen de muzikanten. Ik kijk enorm uit naar de toekomst: we zijn nu veel aan het repeteren, en raken steeds beter op elkaar ingespeeld.
Vele zullen jou wel kennen van Little Trouble Kids. Wat is er van die band geworden, behalve het feit dat de band een echtpaar is geworden natuurlijk…
Little Trouble Kids steekt even in de frigo. Eline is haar andere passie aan het ontwikkelen: schilderen! Ze heeft de hoes van Wanderrooms ontworpen, en ze is mijn art director, mijn klankbord, mijn parttime manager, mijn betere helft… Ik ben enorm benieuwd naar wat zij in de toekomst allemaal op het doek zal gooien in haar nieuw leven als kunstenares.
De plaat is een meesterwerk, maar verre van een happy schijfje. Ik heb begrepen dat de songs geschreven zijn in één van de donkerste periodes van jouw leven. Klopt dat?
Volgens W.H. Auden komt een traumatische ervaring nooit toevallig: ‘a trauma is not an accident’. Het is als het ware eens kans waarop je als schrijver/artiest hebt zitten wachten. Ik denk er ook zo over: creëren is een poging om een uitweg te vinden uit een als ondraaglijk ervaren toestand, een poging om een bepaald probleem al schrijvende uit te kristalliseren en zo te herformuleren. Ik ben door een donkere periode gegaan, en de muziek heeft zich daarop geënt. Maar mijn donkere periode heeft niet de muziek gemaakt. Nee, het is net omgekeerd: KRANKLAND heeft mijn donkere periode omgezet in een prachtig, nieuw universum. Ik vind het een heerlijk troostende gedachte, dat we, als scheppende mensen, onze persoonlijke catastrofes zélf maken.
Vies vraagje, maar soms beweert men wel eens dat het lijden van artiesten tot grote kunst kan leiden. Geldt dit ook voor jou?Ah, dé klassieke vraag! Ongelukkig zijn maakt je, volgens mij, geen betere schrijver. Blixa Bargeld zegt er het volgende over, en ik ben geneigd hem gelijk te geven: ‘I make a difference between unhappy and unsatisfied. I’m always unsatisfied. Of course dissatisfaction is a great motivation to work. Being unhappy is more an obstacle’. Ik ben ook nooit helemaal tevreden, perfectie zal altijd buiten bereik vallen, en zo is het goed ook. Het zorgt ervoor dat je iedere ochtend weer opstaat en nog beter je best probeert te doen. Iemand die 100% tevreden is, dreigt te vervallen in lethargie. En lethargie lijkt me niet de beste motor voor artistiek werk.
Eerlijkheidshalve vind ik dat je veel van jezelf bloot geeft in je muziek. Heb je daar geen problemen mee? Ik bedoel zijn er geen grenzen, bepaalde demonen die je liever toch niet met de wereld deelt?
Ik ben ervan overtuigd dat het universele in het particuliere ligt: hoe dichter een song bij mezelf ligt – over mezelf gaat en ook weer niet – hoe harder ze andere mensen zal raken. Als songschrijver kun je niet op de rem gaan staan: het moment dat je het gevoel hebt dat je naakt door de straten rent, dat is het moment waarop je de kern, de essentie, van het songschrijven hebt bereikt. Overigens heb ik het gevoel dat ik nog veel dieper moet graven om die kern te bereiken. Ik denk dat de tweede Krankland-plaat nog bloter wordt (lacht).
Ik heb het idee dat Pascal Deweze een zeer belangrijke rol heeft gespeeld, niet?
Ja, en nee. Pascal had de studio, en heeft uiteindelijk slechts het geluid op tape gevat zoals het uit onze instrumenten kwam. Maar de grenzen opzoeken van de ideeën die ik had meegebracht, met open vizier: dat was ons mission statement. En Pascal waakte daarover als een havik en verder liet hij ons vooral spelen. Wat telde was niet dat het volmaakt was, wél dat er elektriciteit in de lucht hing. Dat het magisch was.
Eventjes over die titel Wanderrooms. Ik heb begrepen dat dit ook een aparte betekenis heeft, niet?
De titel is geïnspireerd door de Wunderkammers, rariteitenkabinetten zoals verzamelaars uit de Gouden Eeuw ze in hun huizen hadden. Of je mag ook aan ‘7 Rooms of Gloom’ van Four Tops denken. Deze plaat is tegelijk mijn rariteitenkamer en mijn excuus om die kamer te verlaten. En zo loopt door KRANKLAND een alsmaar bredere weg – van het Duitse ‘Wunder’ naar het Engelse ‘Wander’.
In The Realms Of The Unreal deed het aardig op de radio, en jij wil zo veel mogelijk mensen bereiken, ik veronderstel dat je met Krankland hoog mikt, niet? Wanneer ben je tevreden?
Ik vrees dat ik nooit helemaal tevreden zal zijn. Maar dat is net goed: niet the sky is the limit, the limit zijn we zélf.
Er komen een heleboel optredens. Zelfs in Nederland. Hoe is dit tot stand gekomen?
Dat heeft alles te maken met de fantastische mensen om mij heen: ik werk al jaren samen met Franky, mijn trouwe boekingsagent in België, en nu heb ik ook een enthousiaste boekingagente in Nederland die van de eerste noot mee was in het hele KRANKLAND-verhaal. En er komen steeds meer optredens bij dankzij hen – laat maar komen!
Zeg eens wat de mensen van je concert kunnen verwachten?
Het einde van het opnameproces is een open einde. De songs zijn klaar voor een nieuw leven. We zijn druk aan het repeteren om de podia te betreden en concertgangers in alle landen in vervoering te brengen, in nieuwe versies of in versies die trouw blijven aan de plaat. Wie zal het zeggen? Maar altijd met muzikantenschap van de bovenste plank!
Wat is je favoriete plaat aller tijden en waarom?
Top drie, de dato 19 september 2016:
1. Push the Sky Away van Nick Cave & The Bad Seeds, vanwege het uitgepuurde meesterschap van Nick Cave als songwriter en Warren Ellis als klankexperimentalist
2. Either/Or van Elliott Smith: de plaat die me heeft aangezet om zélf nummers te gaan schrijven
3. Live at the Apollo van James Brown, de best muzikanten ooit, aangevuurd door de beste frontman ooit. Een optreden waar ik graag was bij geweest.
Met wie zou je het niet erg vinden om 8 uur in een lift mee te zitten en wat zou je dan doen?
Met Henry Darger, mijn favoriete outsiderkunstenaar. Ik zou ‘m tekenpapier geven en toekijken hoe hij een prachtige tekening als deze maakt:
Het laatste woord is aan jou Thomas.
Bedankt voor het interview, en tot snel in het KRANKLAND!