De melomanen die het door Himshe gecureerde festival On Human Nature in de Brugse Magdalenazaal, waar de band ook zelf aantrad (en hoé?!) bijwoonden kunnen het getuigen: het nieuwe werk klinkt lichtjes fabuleus en fantastisch geweldig, intens en krachtig; typisch Himshe en toch weer een tikkeltje (heel) anders. Deze zomer nog duikt de band de studio in om nummers als Ensor, My Skin, Fiery Femme, Souls en Green Grief op te nemen, en die andere juweeltjes die we in Brugge al mochten horen. Spannend! Allicht ook voor de band zélf, denken wij dan.
Of het een typische eilandplaat wordt die je meeneemt naar een afgelegen eiland? Wie weet? Wij vroegen alvast Himshe-frontvrouw en bezielster Mishi Erine naar haar eilandplaten. Ook bij de zangeres was er keuzestress: “Drie is weinig, hoor!”, maar dat loste Mishi creatief op…

PORTISHEAD – Roseland NYC Live (1988, Go! Beat)
De emotionele lading die je voelt doorheen de plaat, de mix met de klassieke instrumenten (35-koppig orkest) en de triphop-vibe van de band is magisch. Natuurlijk ook haar stem: ongemeen kwetsbaar, maar tegelijkertijd zó krachtig, en dat samen met de publieksinteractie. Het is zo echt, zo puur, zo rauw. Op geen enkel moment gepolijst of ‘perfect’, maar daarom juist zo goed. Ik raak die plaat echt niet beu!
The Ennio Morricone Anthology: A Fistful of Film Music (Cedar, 1990)
Lekker dramatisch en voor elke mood wel iets. Wat een pareltje is elk nummer, en zoveel variatie! Ik heb echt een zwak voor spaghettiwesterns. Als ik dan toch op een eiland zit laat ik graag mijn fantasie de vrije loop. Ik vind die muziek zó inspirerend. De muzikale variëteit tussen de tracks is enorm, en de dynamiek tussen intieme, zachte passages en enorme, bombastische orkestraties, heerlijk gewoon!
TORI AMOS – From the Choirgirl Hotel (Atlantic, 1998)
PJ HARVEY – Let England Shake (Island, 2011)
Onmogelijk om een keuze te maken tussen deze twee, terwijl ze allebei heel verschillend aanvoelen. Ik vind de plaat van Tori Amos bijzonder inspirerend, met zeer creatieve elementen en erg wijze grooves. Geen eenheidsworst, maar een album vol diversiteit. Haar klassieke, piano-gedreven stijl verruilt ze op deze plaat voor een meer elektrische en ritmisch georiënteerde benadering, met ongebruikelijke grooves en akkoordenschema’s, en dat maakt het een onmiskenbaar interessant geheel.
De creativiteit in de productie is ongeëvenaard. Nooit saai dus ideaal voor op een eiland! Bij elke beluistering hoor je wel iets nieuws. Deze plaat neemt me ook terug mee naar mijn jeugd en laat me een reis maken door mijn verleden, iets wat ik mezelf echt zie doen op een eiland, om eerlijk te zijn.
Let England Shake is dan weer zo’n ‘down to earth’-plaat in een schizofreen huppelend jasje. De bijna folkpunk-benadering en de politieke en sociale ondertoon… I like! Het repetitieve en hypnotiserende, de onheilspellende en een geluid dat tegelijkertijd vrolijk en tragisch aanvoelt.
Ik hou bijzonder van muzikanten die de complexiteit van emoties kunnen vastpakken. Wel, PJ has a grip! Melancholie en woede in een soort dans. Haar stem – tegelijkertijd afstandelijk en toch zo nabij – legt rauwe gevoelens bloot, zonder meer.