Intens geluk en tegenspoed, een songschrijver put er inspiratie uit. Zo ook Gertjan Van Hellemont aka Douglas Firs. In dezelfde week dat hij te horen kreeg dat hij vader zou worden, donderde hij van zijn roze wolk bij het trieste nieuws dat zijn moeder ongeneeslijk ziek was en maar enkele weken meer te leven had. Een maand nadat Gertjan zijn moeder verloor, stierf ook zijn grootmoeder, ten gevolge van covid-19.
Douglas Firs trok zich terug in zijn zolderstudio waar hij versnipperd tussen geluk om het nakende vaderschap en verdriet om het verlies van zijn dierbaren begon te schrijven aan zijn nieuwe plaat. Die nieuwe plaat, Heart Of A Mother, komt er volgende zomer pas maar vandaag (11/12, op zijn verjaardag notabene) lost Douglas Firs een eerste track: What If I Can.
Naast zijn vertrouwde bezetting liet Van Hellemont zich voor deze track omringen door fijn volk. Steven De Bruyn speelt harmonica in de intro en de weemoedige trompetten die we horen, komen van Sam Vloemans. Het nummer werd gemixt door Kevin Ratterman (Strand of Oaks, My Morning Jacket) en gemasterd door Fred Kevorkian (White Stripes, Black Keys). Om maar te zeggen dat de lat bij het nieuwe werk opnieuw een beetje hoger ligt.
What If I Can is 7 minuten lang zweven tussen tristesse en eenvoud. De track van het maatje (en muzikant) van Bony King of Nowhere zou niet misstaan hebben op de nieuwe Duyster-compilatie.
Het nummer gaat over escapisme, de drang om je eigen weg te volgen en de daaraan gekoppelde gevolgen. De treurende gitaarlijnen en gekrenkte ziel leveren hier het ideale luistervoer bij een koude winterwandeling.