Luminous Dash BE

THE SMILE – Wall of Eyes (XL Recordings)

Nu Radiohead al langer dan een tijdje forfait geeft, is elk nieuwtje over de wereld van Thom Yorke er tegenwoordig eentje dat via een rode loper regelrecht naar The Smile leidt. En zo wordt een tweede release van het illustere ongrijpbare trio dan ook niet minder dan een gebeurtenis.

©The Smile

De band van Radioheaders Thom Yorke, Jonny Greenwood en Sons of Kemet-drummer Tom Skinner heeft immers eerder al bewezen zonder veel tierlantijntjes een heel stuk meer te zijn dan de som van hun afzonderlijke delen. Een pak nieuw materiaal groeide bovendien al direct tijdens het touren met hun eersteling A Light For Atrracting Attention, en het kreeg onmiddellijk playtime op hun podium. Ze moesten dus nog enkel met producer Sam Petts-Davies, de man van Yorke’s Suspiria, de Abbey Road Studios in Londen induiken en alles inblikken.

Het feit dat ze in één vloeiende beweging met dit even Yorkeïaans somber als opwindend album als Wall of Eyes zijn doorgegaan, illustreert dat The Smile precies in dit nest zijn resoluut nieuwe, ambitieuze bedoelingen wil gaan waarmaken. De nieuwe gouden eieren die ze in het onconventionele project hebben gelegd, bewijzen dan ook alles en ze doen van bij de eerste luisterbeurt al monden van verbazing openvallen. Zware woorden meteen, maar inderdaad, welke progressieveling gaat daar dit jaar nog overheen?

Een sterke openingstrack is de titelsong Wall of Eyes. Bevallige, akoestische gitaar leidt een vreemdsoortige relaxte samba in. Een ijle Thom Yorke glijdt in een bad van vriendelijke, etherische strijkers. Eenzaam dwalend in de menigte bezingt hij in zijn paranoia de veroordelende muur van ogen die mensen rondom hem creëren, resems uitgesproken meningen die de waarden, de moraal van anderen symboliseren. Ogen die Thom uiteindelijk uithollen. Alles kabbelt lijdzaam dooreen als water, in in elkaar overvloeiende donkere lagen elektronica, samples en vreemd melancholisch gepingel.

De buitenaards klinkende harmoniumwolk Teleharmonic voert Yorke vervolgens zachtdrijvend in een opeenvolging van onrust en onzekere mijmeringen. Fraai werk op de plank hier voor de mystieke bas, de harmonie van de gitaren, de zoals altijd in maffe maatsoorten buitelende percussie van Tom Skinner en al die psychedelisch opvliegende dwarsfluiten.

Een alarmerende gitaarlijn en een zalige Yorke trekken het tweeluik Read the Room op gang. Het weeft zich halverwege helemaal door elkaar. Een complex rocknummer vol onregelmatige ritmes, vol elektriciteit, hectische drumbeats en een abstracte Yorke die warempel weer eens croont op de wijze van OK Computer.

Met het proggy Under Our Pillows belandt The Smile, na een prikkelende openingsriff, in het universum van kosmische jazz en heerlijk stromende repetitieve, broeierige ambient. Jim Morrisons meest hallucinante trip.

Het melodieuze Friend of a Friend. De dromerige falset van Yorke behendig zwevend tussen weidse jazzy pianoakkoorden en massa’s warme strijkers. Een coronalied over herwonnen vrijheid, uit de tijd dat mensen vanaf balkons, vanuit tuinen en met hulp van technologie contact probeerden te houden. Tegelijk ook weer dat fulmineren tegen corruptiepraktijken en politieke incorrectheid. Hoe dan ook een geweldige compositie culminerend in een opstijgend A Day In The Life-Beatles-sfeertje.

Het heerlijke I Quit, zet met trieste piano, stuiterend overslaande gitaren, zachte synths in de achtergrond en Yorke’s zachte lijzigheid zijn verlichte reis naar het onbekende voort. Een hypnotiserende zoektocht weg uit de waanzin.

In het koninginnennummer, het epische Bending Hectic ziet Thom Yorke in een bijna-doodervaring na een zelfmoord auto-ongeval weer fascinerende beelden voor zijn ogen. Als waren het gierende autobanden wordt een piepend ontstemde gitaar prominent een volwaardig instrument. Via de perfect gearrangeerde strijkers van het London Contemporary Orchestra zweeft het in groots crescendo de mythische Abbey Road Studio waardig naar een vintage Radiohead-gitarenexplosie. Een regelrecht Antonioni Zabriskie Point-moment dat tergend lang mag uitgalmen.

You Know Me!, serene piano, strijkers, geklingel en een zachte drumbeat leiden tenslotte samen met Thom Yorke naar een vredig einde.

Ondanks de ideale combinatie met Greenwood en Skinner komt ook in dit Wall of Eyes als altijd één man vol onder de schijnwerpers: Thom Yorke.  Wall of Eyes, of hoe The Smile keer op keer zijn in moedeloosheid en angst gedompelde lyrics prachtig verwerkt tot één rustgevende, sfeervolle soundtrack. Daarin is het album, al bevat het niet meer de zoete Radiohead-broodjes van weleer, met al zijn vreemde muzikaliteit zonder meer briljant. Hier is een betoverend trio aan het werk dat weet waar het mee bezig is, dat met zijn zeeën van ideeën en unieke combinaties zijn eigen weg gaat en met heel veel goesting experimenteert dat het een lieve lust is. 

Noem dit album dus maar gerust een nieuwe klassieker. The Smile heeft in een tijdspanne van twee albums een eigen dynamisch geluid gevonden dat zó wel klinkend, spannend en diepgaand is dat verder nostalgisch uitkijken naar een nieuwe Radiohead alleen al uit diep respect gewoonweg niet meer aan de orde is. Een album om eerst nieuwsgierig helemaal te doorgronden, te laten groeien, om eindeloos van te genieten.

Facebook / Instagram

Mobiele versie afsluiten