We kunnen verkeerd zijn (in de pers gebeurt dat wel vaker!), maar de reden waarom de Belgische muziekscène vandaag zo goed boert is waarschijnlijk de diversiteit ervan. De radiojongens hebben het tot dusver nog niet door, maar de underground leeft als nooit te voren. Zitten mannen in maatpak met de handen in het haar omdat ze zelfs hun singles gratis niet meer aan de man kunnen brengen, dan staat Oathbreaker lekker in een uitverkochte AB-club te kwellen. Oh ironie!
Hoewel muzikaal totaal niet te vergelijken is, was Partisan de eerste aan zet. De reden heeft natuurlijk veel te maken met het feit dat drummer Ivo Debrabandere in de vroegere line-up van Oathbreaker zat, maar ook de kwaliteit van dit Gentse trio is een niet te onderschatten factor, geloof ons, en dat deed ook het publiek!
Cedric Goetgebuer, Ivo Debrabandere en Thijs Goethals kunnen het niet wegsteken dat hun roots in de hardcore en noise liggen, daar klinken de gitaren net iets te snedig en de drums gewoon te strak voor. Wel valt op dat dit trio (dat trouwens op Hypertension zit, zeg maar samen met Consouling Sounds het label par excellence voor het zwaardere werk) meer en meer toenadering zoekt met shoegazebands uit de jaren 90 zoals pakweg Ride, hoewel je er even veel The Jesus Lizard (we pennen maar iets neer, het kon even goed Shellac zijn) in hoort.
Cedric Goetgebuer is een man van weinig woorden, en zelfs het levende bewijs dat mannen met snorren wel cool kunnen zijn, maar wat een geluid ploft die man neer zeg! De muziek van Partisan gaat door merg en been, net als de drums van Ivo of de trillende bas van Thijs. Veel moet je daar niet aan toevoegen, een band die weet te overtuigen door de klasse van zijn songs. Op en top Amerikaans , dat wel…maar hoe!, en voor één keer klinkt dat zelfs niet vies!
En dan is er Oathbreaker. Hun derde plaat (Rheia) spettert sinds de release nog zeer geregeld uit mijn speakers, en nog altijd ben ik er nog niet achter gekomen hoe het geluid van deze Gentenaars exact te omschrijven, niet dat dit kan. Ze behoren tot de Church of Ra, en de meeste mensen zullen er wel de term metal opkleven (om niet te schrijven pokkenherrie), uiteraard is Oathbreaker meer dan dat.
Sinds hun tweede lp op Deathwish Inc uitkwam (en waarmee zij dus labelgenoten van Touché Amoré en Planes Mistaken for Stars werden), werd het succes alsmaar groter, en zonder ook maar één duimbreed aan toegevingen te maken, maar de band maakte wel een ontzettend belangrijke evolutie door die hun op een zeer hoog niveau heeft geplaatst.
De belangrijkste factor van de band blijft natuurlijk Caro Tanghe. Ongelooflijk hoe zo’n lieve vrouw kan brullen, of zullen we het maar op krijsen houden? Of neen, nog beter je ziel uitbraken, want dat is Oathbreaker. Een stem die zweeft tussen hemel en hel, en knap ondersteund wordt door het gitaargeweld van Lennart Bossu en Gilles Demolder (ook bij Wiegedood) en de beukende drums van Wim Coppers.
Veel zie je van Caro niet, ze is helemaal verscholen achter haar enorme bos haren die van links naar rechts zwaaien, maar ze toont wel het donkerste uit haar innerste ik. Metal, zelfs enorm veel black metal hoor je, maar minstens evenveel shoegaze (ik zal wellicht niet de enige zijn die Slowdive in Oathbreaker weet te ontwaren…)
Na het optreden ervaarde ik hetzelfde als bij iedere beluistering op cd. Geen flauw idee wat me overviel, maar ik hield er ontzettend van!