Luminous Dash BE

MONOLAKE – Studio (Imbalance Computer Music)

Monolake, in de techno en elektronica een naam met statuur. De eerste platen werden nog gemaakt als duo, tot Gerard Behles Ableton opstartte en Robert Henke solo verderging. Behles leidt Ableton nog steeds, en Henke is sinds zo’n tien jaar ook weer nauw betrokken bij de ontwikkeling van die software, een standaard voor real-time sequencing en audiobewerking in zowel studio- als live context. In die zin programmeert Henke mee het verhaal van de hedendaagse elektronische muziek. Voor hem is het schrijven van software even creatief als het schrijven van muziek.

Uit veel van Monolake’s eerste exploraties sprak iets trippy en hedonistisch. We werden meegenomen naar Hong Kong, reden mee langs interstates en stapten door de Gobiwoestijn, al werkten ook joints wel mee bij het creëren van vele releases op Chain Reaction.

Toen Robert solo ging, werden dubritmes en warme synthpads geleidelijk vaker ingewisseld voor meer rationeel aanvoelende producties, waarin warme, diepe techno plaats maakte voor koelere, cleanere, soms wat overgeproduceerd aanvoelende bits en bytes. Vorsprung durch Technik leek het devies, met Duitse productionele grondigheid. Maar perfectie is saai, en hoewel Henke glitch en artefacten altijd charmant vond, kwam die valkuil wel ’s dichtbij op doorgedreven micro-geëdite producties afgelopen decennium. Niet dat hij slechte platen maakte, maar op zoek naar grooves en vervoering, kreeg je niet zelden clean aanvoelende, ritmische geluidssculpturen in de plaats, met terugkerend veel aandacht voor texturen. Intussen is Ableton mee in zijn handen een zodanige standaard geworden, dat het techno heeft helpen mainstreamen. Logisch omdat het als toolbox deuren opende voor mensen zonder klassieke muziekopleiding. Maar waar niet voorbij de formats wordt gedacht, krijg je business techno zonder warm kloppend hart. Een risico waar ook Henke zelf op wijst, ook in actuele discussies rond de mogelijke integratie van AI in de Ableton workflow.

Hoe ambitieus ook als sound designer, Henke zette tegelijk nooit erg in op melodie. Hij mocht dan bewogen zijn door Jarre en Kraftwerk mid jaren 1970, seriële componisten en innovatieve makers van elektroakoestische muziek als Stockhausen, XenakisParmegiani en Ludger Brümmer openden later zijn ogen. Ook acts als AutechrePorter Ricks en Nine Inch Nails vond hij interessant. Altijd erg aangesproken door het wiskundige in componeren, is Ligeti’s postserialisme misschien wel van nog grotere invloed. Intussen zocht hij ook koppelingen met visuele kunsten, geïnspireerd door de eenvoud van bijvoorbeeld Dan Flavin.

Henke is vanouds gefascineerd door raakpunten tussen fysica, computerwetenschap, visuele kunst en geluidsbeleving. Hij ontwierp onder meer audiovisuele installaties met lasers voor een oude fontein bij een slot in Hannover, en voor Modena, afgelopen jaarovergang. Vorig jaar nog won hij een award op het Venetiaanse festival voor hedendaagse muziek met CBM 8032 AV, een visueel aansprekende productie met 5 Commodore computers uit 1980, waarmee hij nog soms tourt en hedendaagse techniek confronteert met oude apparatuur. Henke zocht en zoekt dus nadrukkelijk de grenzen van technologie in beeld en geluid op, maar Studio klinkt eenvoudiger, minder doorwrocht en intuïtiever dan je zou verwachten op basis van vorige platen.

Studio legt geen gesloten matrix voor, maar klinkt op een bepaalde manier bevrijd. Alsof Henke meer in control is, een evenwicht heeft gevonden tussen rust en onrust, met meer ruimte tussen de beats, en meer speelplezier. Hij selecteerde apparatuur waar hij het liefste mee werkt (bijvoorbeeld een Synclavier II, PPG Wave 2.3, Linn Drum en DX-7), en bewerkte alles via Ableton, een pakket met intussen ook meer retro effecten dan ooit tevoren, onder meer via de door hem ontworpen Pitchloop89-tool, geïnspireerd op de in studiokringen legendarische Publison DHM 89 D 2, een processor/sampler/pitch shifter uit de jaren 1970.

Die integratie van oudere en nieuwe technologie zorgt voor een minder doorlopend cleane textuur dan eerder het geval was. Potige postgrime beats stapelen zich tussen subtieler retro synthklavieren in The Elders Disagree, zonder een wat typerende spooky postindustriële sfeer los te laten. Ook het van zachtere, abstracte beats voorziene Thru Stalactites klinkt als elektronica voor cyborgs. Het hoeft niemand te verbazen dat Henke eerder soundtracks leverde voor een serie rond CSI en een urbexthriller. Signals klinkt als The Black Dog met ADHD, en de sound designer in Henke gaat misschien het meeste los in het metallische Cute Little Aliens. Daar mag zeker de aandacht voor een erg dynamische range bij benoemd worden, want ook Henke stoort zich aan de overmaat aan compressie bij veel moderne muziek. Ook widescope frequentiemodulatie als in Intermezzo en Prime Lundy blijft hem fascineren, terwijl field recordings van een trip door Italië Global Transport inkleuren, met heel slimme bewerking van stemopnamen.  

Het meest verrassend is de introductie van melodieën in de slotfase. Red Alphonso trekt eerst een Adidaspak aan bij frisse elektro ritmes, maar kiest een netter kostuum bij de meer orkestrale finale, mogelijk een echo van een eerdere samenwerking met Servische componist Marko NikodijevicEclipse tot slot, vangt aan met grauwe dark ambient, maar het wolkendek breekt open met melodische synthbogen, gestut met wilde ritmes, tussen industrial en tribal in.  

De nieuwe Monolake komt zo met meer speel- en luisterplezier dan toch langere tijd het geval is geweest, en het muzikaal-intuïtieve staat weer in verbinding met geluidstechnisch en compositorisch ambitieus denkwerk.

FacebookInstagramWebsite

Mobiele versie afsluiten