Het kwartet Beastwars uit Wellington, Nieuw-Zeeland speelt normaliter een soort doomy sludgy stonermetal dat fans van bands als Conan en Windhand en Elder zou kunnen bekoren.
Voor het vijfde album in hun carrière, ze begonnen samen te spelen in 2007, koos de band een andere insteek. Ze wilden eer betonen aan vier decennia muziekgeschiedenis van hun thuisland en kozen daarvoor acht nummers van acht verschillende bands die ze helemaal naar eigen hand hebben gezet.
Niet zo wereldschokkend natuurlijk maar het is toch wel een interessante zet omdat het gros van de bands die worden gecoverd behoorlijk obscuur zijn gebleven. De bekendste zijn wellicht de fenomenale The Gordons (het latere Bailter Space) en The 3Ds. Sommigen onder hen, bijvoorbeeld Marlon Williams (singer-songwriter) zijn nog steeds actief, anderen legden eeuwen geleden het loodje, zoals Superette, een kort durend projectje van leden van The Jean-Paul Sartre Experience en Fang. Ook Children’s Hour was een kort leven beschoren en bracht slechts één lp en twee singles uit. Die laatste wel op het gerenommeerde Nieuw-Zeelandse label Flying Nun, waar het gros van de bands die hier worden gecoverd, wel muziek in één of ander formaat aan leverden.
Beastwars geeft op deze manier een soort van geschiedenisles aan hun eigen fans, voor wie het merendeel van de gecoverde artiesten ook helemaal onbekend zullen zijn. Dat komt oimdat Beastwars zelf veeleer in de metalhoek valt te situeren en de nummers van de artiesten die het kwartet onder handen neemt, helemaal niet. Indie, singer-songwriter of noisy shoegaze, dat dan weer wel.
Daar is op de interpretaties door Beastwars niets meer van te merken. De bulldozer neemt de riffs en zet de nummers om tot heavy bluesrock en loodzware stoner.
De stem irriteert ons soms een beetje, maar over het geheel genomen is dit best wel een leuk album van een band die nu eens niet trouw blijft aan de originelen maar de nummers echt naar de eigen sound omzet.