Bloodflowers, het is een titel van een jammer genoeg over het hoofd geziene plaat van The Cure, maar tevens de groepsnaam van een viertal uit Hasselt (ook al speelt gitarist Thomas Vantorre een beetje vals, want die is eigenlijk van Knokke-Heist). De gemiddelde leeftijd van de bandleden bevindt zich rond de 20. Jonkies, maar wel reeds het podium gedeeld met Peuk. Tja, met zo’n papieren heb je Luminous Dash altijd wel mee.
De vier laten er geen gras over groeien. Ze weten wat ze kunnen en vooral wat ze waard zijn. Niet te veel nadenken en meteen met Average-Fit Punk hun eerste ep op de aardbol katapulteren. Vijf nummers die afklokken op 3 minuten. Niets is erger dan een punkrockband die denkt dat ze Pink Floyd zijn en ons moeten ambeteren met een progrocknummer van 15 minuten.
Muziek die in je smoel ontploft en je de nodige uppercuts cadeau geeft. Opener Light liegt er alvast niet om. Vuil, punky en gedreven met een nijdige sound die doet denken aan pakweg Black Rebel Motorcycle Club – het is maar een naam – of om dichter bij huis te blijven de Mind Rays. Die laatste zijn wel meer dan een naam.
She Won’t Come Back. Het kon evengoed de titel van een idiote schlager zijn. Gelukkig is dit liefdesverdriet dat omgezet werd in decibels. Goed idee overigens en moeten we beslist onthouden voor de toekomst!
My Darling Killed Me is zeker niet het meest originele nummer ooit. Hebben deze vier jonkies ons ook nooit beloofd, wel wederom drie minuten onversneden rock met knallende fuzzgitaren die wel iets hebben van The Stooges. Altijd een goed teken.
Can’t Say Shit – als titel kan het tellen – met alweer diezelfde driftige boosheid. Afsluiter Chess is ongetwijfeld het soort herrie waarmee je bloedserieuze schaakspelers de kast opjaagt. Mooi zo, want wij houden wel van deze heibel. Alles kapot, inclusief de trommelvliezen. De toekomst van smerige rock ligt niet alleen bij The Rats in Gent, maar situeert zich met Bloodflowers ook nog ergens in Hasselt.