Dinsdag 17 oktober 1961: sla die datum op in allerlei geheugens. Het is op perron twee van het treinstation van Dartford – de trein naar Londen gaat zo komen – dat Michael Philip Jagger (26 juli 1943) zijn oude klasgenoot Keith Richards (18 december 1943) voor het eerst sinds lang weer ontmoet. Hun werelden kunnen niet meer verschillend zijn. Jagger is van goeie komaf, de betere middenklasse zeg maar, en studeert Economie. Richards is een straatschoffie, je kan beter geen ruzie met hem hebben, en bij hem thuis is het armoe troef.
Maar Keith laat zijn oog vallen op de juten zak met platen die Mick draagt. Het zijn imports, niet te krijgen in Engeland (een land met nog sporen van de oorlog in zich; bomkraters alom) maar Mick had het geld om ze te bestellen uit Amerika.
Muddy Waters. Chuck Berry… Keith kwijlt en Mick vraagt hem om bij hem thuis eens naar die platen te komen luisteren. En Keith, die beginnend gitaar speelt, zegt dat hij zijn gitaar zal meebrengen. En de rest is dus geschiedenis, zeker?
Een paar maanden later wonen ze samen in Edith Grove, Londen, in een soort van veredeld kraakpand met Brian Jones, gitarist en blonde satyr die op zijn 19de al twee kinderen had verwekt. De afwas bleef er staan.
Daar en toen zijn The Rolling Stones ontstaan.
Ze zijn het ruige, vuige, vuile antwoord op The Beatles. Hun eerste buitenlandse optreden (Scheveningen, het Kurhaus, 8 augustus 1964) loopt compleet uit de hand. Jagger en Richards hebben zich dan al omgesmeed tot songschrijvers en beginnen aan een reeks wonderlijke platen maar de problemen nemen toe. Jones gaat kapot aan het spul en zal in ’69 komen te overlijden. Richards is er dan ook aan begonnen, aan de naald.
En wie hield de boel samen? Juist, Jagger. Zijn diploma Economie kwam bepaald goed van pas om geldschieters te vinden (Mick papte graag aan met de jetset en de haute finance) en het was hij die besloot om in ’71 naar de Provence te verkassen. De Britse belastingdienst was hen namelijk aan het pluimen. Ze namen er hun meesterwerk op, de dubbelaar Exile on Main St.
En ze werden een stadion-act en dat is niet slecht voor twee jonge kereltjes die elkaar pas goed leerden kennen op een stationsperron.
De vrouwen kunnen we uiteraard niet onvermeld laten. Jagger had en heeft altijd problemen met zijn libido gehad. Acht kinderen? Geen kat die dat geloven wil. Het zijn er veel meer.
En de drugs? Terwijl Keith Richards gedurende de jaren zeventig nog nauwelijks kon ademen rookte Mick af en toe een joint, nam een lijntje, maar stopte daarmee in 1984. Mick Jagger ontpopte zich tot de ultieme zakenman die de merknaam Stones (goed merk!) groter dan groter wou maken en daar nog in slaagde ook. Ondanks al de ruzies met Keith Richards. Want ook al zijn ze beiden zéér hetero, de twee vormen al een getrouwd koppel sinds dinsdag 17 oktober 1961. Dat ze dat nog lang mogen volhouden. Maar voor nu alvast: mooie verjaardag, Sir Mick!