Is er vandaag nog plaats voor een goede ouderwetse indieband in de Belgische muziekscène die vandaag meer en meer door noisebands overheerst wordt? Jazeker, alleen moet je dubbel zo hard terugslaan wil je gehoord worden. Met de songs die Sperwer speelt, lukt dit aardig. Ondanks het feit dat er zoiets is als examens bestaan (ook al is dat maar van te horen zeggen) was de Video meer dan aardig gevuld voor het optreden van dit Kortrijkse-Gentse trio.
Hun songs zijn vrij toegankelijk, toch doen de drie het liever een beetje anders dan de rest. Wat dacht je bijv. van Engelstalige songs die een Nederlandse titel hebben? Vreemd, maar Sperwer doet het! Een eenvoudige gimmick, dat wel, maar het is er één die kan tellen en één die je vooral onthoudt.
De composities van Sperwer zweven ergens tussen popgevoelige indiehitjes (zanger-gitarist Olivier Dumont heeft daar nu eenmaal een goede stem voor) en meer experimentele postrock, en daar zitten de synths van Guillaume Navarro dan weer voor veel tussen. En dan hebben we het nog niet eens over drummer Wouter Vandersyppe gehad. De kerel ziet er niet alleen als Steve Shelley uit, hij drumt even gedreven als de Sonic Youth-man.
90s lo-fi die is verpakt met een Scandinavisch desolaat sfeertje en helemaal niet zwaar op de maag ligt, dat is Sperwer. De negen songs die gisteren werden gespeeld (waaronder een obscure cover van Mirrors van de Noorse muzikant Cashmere Cat) waren in een mum van tijd voorbij. Nadien brak de ijzige kou braak ons gelaat net niet in twee, maar het had ook iets te makken met een lach wegens het feit dat alle woorden die tot dusver over Sperwer op onze pagina’s zijn geschreven toch waar zijn: hoewel wat meer podiumgewenning noodzakelijk is, hebben deze kerels meer dan genoeg potentie om iets te betekenen. En neen, het zal nooit simpel zijn om hun songtitels te kunnen onthouden, soms is moeilijk net iets plezanter dan gemakkelijk.