Luminous Dash BE

SOUND TRACK FINALE Gent, Balzaal 404 (09/12/2023)

(Fotografie: Hannelore Dieleman)

Wij vielen met de deur in huis op de tonen van Nirvana’s Territorial Pissings, gebracht door The Green Mean Machine. We konden ons een slechter begin voorstellen van deze finaleavond van Sound Track, editie Oost-Vlaanderen.

Het afgebakende terrein was een instrumentaal jazz-kwartet: contrabas, drums en twee saxen. De afwezige piano (of gitaar) maakte de muziek vrijer van vorm. Bassist Zjef Van Steenbergen stuurde de groove aan, de saxen leggen lange lijnen neer. Nummer drie begon met atmosferische ijzige wind, die uit de saxofoons van Werend Van Den Bossche en Warre Van de Putte leek te komen, maar het tempo schoot omhoog en de climax werd vakkundig opgebouwd. Coming to a jazz club near you soon.

The Green Mean Machine

Sound Track ambassadeur en gelegenheidspresentator Meskerem Mees vroeg veel lawaai voor Room Service. Na de toon van de hotel-receptiebel, kregen we wat we gevraagd hadden. De band had de bas laag en de gitaar hoog hangen en zanger Jochem Rogiers wilde het publiek oppeppen alsof we al in de Lotto Arena stonden voor Idles in het voorjaar. Britse postpunkbranie kortom. Een klein wereldje ook, daar in Gent, want in Why Don’t You Love Me? werd Helena van Maria Iskariot het hof gemaakt. Het ging steeds sneller en harder, Rogiers dook met de bast bloot het publiek in. Wonderwall, de single over de hit, volgde en er werd zowaar gedanst, een uur of vier vroeger dan op de doorsnee zaterdagavond. Er was een bommetje gedropt in de Balzaal boven in de Vooruit. O wee wie hierna aan de bak moest.

Room Service

Na het groot lawaai, Kleinpunk: als dat maar goed komt. De band was precies zelf wat onder de indruk van de storm die door de zaal was gegaan en de eerste nummers Waf Waf en Voeten en Handen, maakten een wat frêle indruk. Het geluid hielp ook niet mee, de middentonen (gitaar, ook zang) kwamen er eerst onvoldoende door. Bij Caravan kwam de gitaar en de band er door, op het peil van de voorronde. De finale was pittig, met een ontketende – “Ik kan ook alles geven” – Luna Maes in Alles Keert.

“Er zit speling op de reling.” Kleinpunk heeft een uniek plekje in het muzieklandschap en daar moeten ze vooral mee verder doen. Er zit zeker nog speling op de reling, én ook een heerlijke huig-r trouwens.

Kleinpunk

Meskerem Mees wist ons net voor halfweg te vertellen dat de Vi.be site plat lag, uitgerekend op of net door de finale-avond van Sound Track? En dan moest Jess Need Strong Boy nog komen. Het elektro-duo kruist sexy met Duits. Overbodig te zeggen dat hun project uniek is.

Meskerem Mees

De act startte met Hengst, de Strong Boy en Jess tegenover elkaar, in profiel voor het publiek. Op de achtergrond gifgroene en paarse visuals op het scherm. De tracks werden live aangevuld met percussie en zang, en belandden tussen techno en elektro-pop. Het was een buitenbeentje in deze finale, uiterst dansbaar van nature. Als halfweg de set het koppel vooraan op het podium aan het zoenen ging, sloeg de vlam in de pan. “Feuer in der Hose”, horen en zien we. “Du bist attraktiv”, het lag er dik op. Jessica zong bovendien uitstekend, het was er allemaal boenk op. Geen danstempel, -bunker of -tent is veilig voor dit duo.

Jess Need Strong Boy

Lézard maakt popmuziek, met roots in de jaren ’80. Het funkte en twistte in de Balzaal van de 404. Neil Claes smeet zich weer volledig in Coltrane en XTC en de hele band was meteen mee.

Speak To Me heeft hitpotentieel en in het midden van de set durfde de band een gelaagde ballad te brengen: The Stars Look Different Tonight, was dat de titel? Het was mogelijk de beste song die we op de avond zouden horen. Graag nog eens opnieuw bij gelegenheid.

Lézard swingde vervolgens naar de uitgang met Magnifastique en Nothing At All. De hele band amuseerde zich overduidelijk en er was charisma in de aanbieding zoals in de betere ‘mid season sale’. Klein wereldje daar in Gent trouwens, want de Strong Boy van Jess hanteerde de Panasonic camera die voor de live video achtergrond zorgde.

Lézard

Nadat we al wat genres gezien hadden, kregen we met Bo Bronsky (leuke naam vond Meskerem Mees) ook een portie r&b meets hiphop. Een bonte avond, dat was het zeker.

Aanvankelijk was het wat moeilijk om het publiek stil te krijgen. Alleen met een stem aan de piano geopend. Ook song nummer twee rustig en loungy met de tracks van producer Newwav(e), die mee op het podium kwam staan. Doorheen de twintig minuten set die iedereen kreeg toegemeten, ging de ambiance evenwel omhoog en kreeg Lenka Bo het publiek mee. Was het een avondje The Voice, alle jury-leden hadden ongetwijfeld hun stoel gedraaid. Zingen kan deze meid als de beste, maar het blijft nog wat zoeken naar een eigen stempel en een sterkere act op het podium.

Bo Bronsky

Maria Iskariot, de voorlaatste band van de Oost-Vlaamse finale, bracht evenwicht in de M/V/X verhoudingen van de avond met drie vrouwen vooraan op het podium. Ze deed de balans naar de gitaarbands overhellen.

Frontvrouw Helena Cazaerck ziet er een lief klein meisje uit, met een rode gitaar en matching t-shirt, tot de start wordt gegeven en deze scream queen loos gaat. Standaard Nederlands naar het schijnt, net als Kleinpunk, maar de oneigenlijke dochter van Courtney Love, liet niet veel spaanders van de taal heel. De keel konden we wel uitgebreid inspecteren, geen infecties in het spel.

Maria Iskariot

De band speelde punky grunge of grungy punk en coverde Tame van Pixies, vertaald als Tijm. De frontvrouw gooide alles in de strijd en compenseerde het ontbreken van conservatorium-diploma’s op het podium. De gitaren zaten weer te weinig in de mix, jammer in dit genre, maar daar maalde niemand om. Lief Klein Kind klonk als alles behalve de titel: “Vermomd als wijsheid, ram ik het in je strot.” Patat.

Tijdens hun laatste nummer, Bedankt, werden alle bands door Helena uitgenodigd om op het podium mee te dansen, wat ze prompt deden. Er werd zelfs een crowdsurfer gespot en de groepsknuffel van de band na afloop, toonde hoe blij dit viertal was met hun prestatie. It’s a riot, Maria!

LIGHTSPEED schrijft in kapitalen, de band komt dan ook uit Sint-Niklaas, waar het druppelt als het in Antwerpen regent. Ze waren snel rond met de soundcheck en klonken terecht zelfverzekerd als de best geoliede machine van de avond.

De Britse indie-rock invloeden werden niet onder stoelen of banken gestoken, tot en met het geleende Britse accent van frontman Rik Bontinck. If We Could Learn To Fly kliefde de binnenlucht doormidden, en ook For All We Know toonde dat deze dudes een song weten te schrijven. De meest rijpe band mocht de finale-avond dus afsluiten.

Lightspeed

Meskerem Mees grapte dat een plekje in de jury voor ons, de gewone stervelingen, een verre droom was. Gelukkig maar, want kiezen uit de weelde van de avond is altijd verliezen. We mochten wel meestemmen over de publieksprijs. Daar ging het voor ons tussen Jess Need Strong Boy, Kleinpunk en Lézard, de drie bands die er naar onze bescheiden mening het meest in geslaagd zijn een eigen unieke identiteit neer te zetten.

De jury bleek het eens voor wat betreft Lézard en voegde ook op klasse van LIGHTSPEED en geheel op drive Maria Iskariot toe aan het lijstje gelukkigen. Zij zullen een jaar door Vi.be begeleid worden, een trap hoger op weg naar het popgodendom. Room Service had het meeste supporters in de zak en ging met de publieksprijs van 1.000EUR aan de haal. De drankrekening van de mini-bar is er zo mee betaald.

Als er in elke provincie zo’n acht jonge klasbakken kunnen getoond worden in uiteenlopende genres, demonstreert Sound Track wat voor een rijk muzieklandschap er broeit in Vlaanderen. Er is nog hoop in de donkere dagen. “The future’s so bright, I gotta wear shades.” (Timbuk3)

The Green Mean Machine | Facebook | Instagram
Room Service | Facebook | Instagram
Kleinpunk | Facebook | Instagram
Jess Need Strong Boy | Instagram
Lézard | Facebook | Instagram
Bo Bronsky | Instagram
Maria Iskariot | Instagram
LIGHTSPEED | Facebook | Instagram

Mobiele versie afsluiten