Luminous Dash BE

SKULLCRUSHER, Brussel Botanique (07/02/2023)

We schrijven 7 februari 2023, locatie is de Witloof Bar in de Botanique. Quiet The Room. De adem ingehouden, vol spanning wachtend op Helen Ballentine. Quit The Room is ook de titel van het debuut van deze Amerikaanse. Optreden en muziek maken doet ze onder het pseudoniem Skullcrusher dat een luisteraar uiteraard op het verkeerde been zet. Neen, Helen speelt geen death metal, doet geen occulte offers op het podium en kerft zich niet in de armen. Anderzijds mag ze op de thee, koffie of een drankje naar keuze bij Kali Malone, want allebei hebben ze een even zwartgallige kijk op de wereld rondom hen. Het is een beetje zoals bij Destroyer, die band verplettert evenmin schedels, niet? Desondanks is haar logo gedrenkt in archetypische metal-inkt.

Helen Ballentine @ Skullcrusher

De plaat is een erfenis van haar jeugdjaren in Mount Vernon en gaat niet over de onschuld van haar wonderjaren, wel over de complexiteit ervan. We horen een droomwereld vol magie en mysterie. Skullcrusher brengt dus geen metal, maar wat dan wel? Electro folk in een blend met ambient en donkere gitaren.. Een song middenin haar set als  It’s Like A Secret verhaalt over haar gevecht om mensen toe te laten in haar leven. Niemand kan haar kennen zoals ze zichzelf kent en iemand in haar intieme kring toelaten is voor haar synoniem van een deeltje van jezelf verliezen. Deze introverte houding gooide ze het nummer ervoor al overboord in You Are My House met de zinsnede “you are the walls and floors of my room”.  Het veilige poppenhuis waarin ze leeft is zowel een plek vol schoonheid als vol horror. De albumhoes presenteert Helen’s poppenhuis. Het is vanuit deze veilige haven dat alle verhaaltjes ontsproten zijn. In de Witloofbar had ze een elektrische en akoestische gitaar bij, en een zekere Dan die keyboards en een deprimerende extra gitaar toevoegde aan de rijke doch minimalistisch opgevatte sound.

Ook opvallend was Helen’s outfit. Ze leek perfect gecast om te figureren in haar ‘dollhouse’ want haar kleedje en balletschoentjes leken net poppenspeelgoedkleren uit de jaren tachtig. Helen speelde niet alleen nummers uit de plaat maar ook een paar songs die het demostadium nog niet ontgroeid zijn. Quiet The Room, dat de gelijknamige plaat bijna afsluit, zorgde alvast in de Witloof Bar voor een verstild openingsmoment. Ballentine laat elk nummer op een eigengereide manier fonkelen én afbrokkelen tegelijk, waardoor die onrustwekkend klinken maar meestal overhellen naar iets vreedzaam. Whatever Fits Together geeft dit als geen ander weer. Aanvankelijk was ze erg zenuwachtig en kon zich geen bindteksten meer voor de geest halen. Ze leek ook oprecht verbaasd dat het publiek zo aandachtig luisterde en zich reeds dicht bij elkaar op de eerste rijen stond te verdringen. “Normally I ask the audience to gather together in front of me, but you were prepared. Hope I am also as prepared for the next song”’.

Één van die nummers onderbrak ze omdat ze de akkoorden verknoeide. Haar perfectionisme maakte haar enkel nog charmanter dan ze al is. De ene song is de andere niet en soms droeg een niemendalletje slechts 45 seconden ver, maar even vaak bracht ze ons 4,5 minuten in vervoering. “Can I make it out there as I am? Without a name on my door or a headline band” klonk het in Places/Plans dat haar in het verleden het geloof bracht dat ze met haar muziek de juiste snaar en richting had gevonden. Sfeervolle lampen en een vreemd XX-lichtpatroon waren alomtegenwoordig maar we waren vooral zwaar geraakt door haar wondermooie stem die méér nog dan op plaat de songs die extra dimensie gaf. Ook het publiek luisterde ademloos toe en de wauws en de ohs waren niet van de lucht. Heerlijk was het toen Helen af en toe de keel schraapte maar er geen grunt uitperste doch diep naar adem hapte wat een zalig effect gaf in haar microfoon. Ze bleef aandachtig voor wat zich in de zaal afspeelde want informeerde bezorgd naar iemand “who seemed to have fallen”.

Een uur waaide voorbij en Helen liet geen kans onbenut om haar dankbaarheid te betuigen voor de warme respons. Helen wilde aanvankelijk de aandacht van haar persoontje afleiden bij de keuze voor de naam Skullcrusher, als ware het een beschermingslaag voor haar persoon, maar ook om de afstand te bewaren tussen wie ze privé is en wie ze wil zijn op een podium. Ons insziens zijn beide personages al lang met elkaar versmolten hoor. Sticker kleefde ook dubbelzijdig aan onze ziel maar was slechts een voorbode van een toch wel extra aan de ribben klevend slotakkoord getiteld Lullaby In February. Geen betere maand dan deze om een concert mee te beëindigen uiteraard. Helen zong het nummer bevlogen en in diepe wanhoop verkerend. Een aanzwellende in een loop gedraaide verstoorde gitaar en synths lieten het mistroostige maar akelig mooie nummer in chaos uitdeinen. Skullcrusher was naar singer-songwriternormen wondermooi en vooral de fans op de voorste rijen hadden last van rechtstaand nekhaar. Het was geen zicht in feite.

Facebook

Mobiele versie afsluiten