De tijd dat Greta Van Fleet beschouwd werden als groentjes of beginnelingen is dan misschien geen eeuwigheid geleden, maar zo voelt het ondertussen wel al. Met behulp van de single Highway Tune en hun ep Black Smoke Rising benoemde iTunes hen tot nieuwe artiest van de week in 2017. Sindsdien heeft hun succes enkel nog maar een stijgende lijn gekend; ze staan nu in het groot de posters van elk prominent festival en slaagden erin om de Lotto Arena in een mum van tijd uit te verkopen. De aandacht hebben ze alleszins en daar lijken ze volop van te genieten.
Het voorprogramma werd in handen genomen door Yola. Zij bracht samen met haar liveband een set van americana en roots rock waar de soul uit haar barsten springt. Haar stem klinkt nog voller dan haar haartooi eruit ziet en het valt meteen op dat muziek iets is dat ze aanvoelt met een grote passie. Mocht de naam op zich geen belletje doen rinkelen dan heb je misschien wel gehoord van haar band Phantom Limb, of haar bijdragen bij Massive Attack en The Chemical Brothers. De set varieerde tussen rauw en energetisch naar zwoel en kalm en toonde dat ze haar onmiskenbaar talent kwijt kon op een hoop verschillende manieren.
De lengte van het intermezzo bleef ook stegen en na een academisch kwartiertje kwamen de vier jongens eindelijk hun gezichten op het podium tonen. Na het publiek wat te teasen begonnen ze met The Cold Wind en Safari Song. We hadden even twijfels over hoe ze een volledige set zouden vullen met één album en een ep, maar de komende drumsolo van een stevige vijf minuten bluste onze nieuwsgierigheid al dadelijk. Het werd al gauw duidelijk dat de heren over een groot show-off gehalte beschikten. Op zich geen misplaatst iets voor een 70s stijl rock ‘n roll band die daar exact is om show te geven.
De show kreeg de zaal echter niet al te gauw opgewarmd. Hoewel Yola ons vertelde dat ze onze gezichten ervan gingen smelten bleven de meeste gezichten eerder koel naar het podium kijken. De zanger Joshua ging nochtans heel theatraal aan het werk en ook de drummer en gitarist gaven op flamboyante wijze het beste van zichzelf. Misschien was de zaal wat te groot. Misschien was het theatrale iets te geacteerd of misschien vulden ze te veel tijd met iets te softe rock. Misschien was het publiek gewoon een bende koppige ezels, maar de lange solo’s begonnen wel heel lang te lijken en mee dansen of zingen was geen zichtbaar fenomeen. De solo’s, lang als ze mochten zijn, werden wel stuk voor stuk zeer vakkundig uitgevoerd en vielen behoorlijk in de smaak.
De zaal kreeg het eindelijk wat warm bij When the Curtain Falls. Deze was uiteraard ook wel het einde van hun set, dus van die warmte schoot al snel weinig over. Het viel ons wel op dat één van hun bekendste nummers Highway Tune en hun laatste hit Lover, Leaver nog steeds niet aan bod gekomen waren. Ondanks het moeizaam op gang trekken van het publiek was de laatste knaller wel ruimschoots voldoende om luid gejuich te ontketenen in de zaal om het viertal terug te trekken voor een bis. Ze lieten nogmaals nét dat ietsje langer op zich wachten dan nodig en hebben waarschijnlijk velen hun treinaansluiting doen missen, maar een bis zat er uiteraard wel in. Lover, Leaver knalde en Highway Tune werd even gehint met een lange intro, maar ook in zijn volle glorie gepresenteerd. En daarna, uiteraard, terug een ellenlange gitaarsolo. Waarom kort en krachtig als je ook even krachtig dubbel zo veel tijd kan vullen?