Zowat alles dat Bert Dockx aanraakt, verandert in goud. Dat valt goed te merken aan Flying Horseman, het uit de hand gelopen soloproject van Dockx. Met z’n vijven zijn ze ondertussen, en ze hebben al één ep, vijf albums en 10 jaar ervaring op hun palmares. Dat was er duidelijk aan te zien in de Handelsbeurs: Flying Horseman speelde vakkundig een uitstekende set voor een enthousiast publiek.
Hoewel Bert Dockx zo overloopt van het talent dat het op de voorste rijen begon te morsen, geeft de man geen arrogante indruk en geeft hij zich niet over aan show – in tegenstelling tot een handvol andere niet nader genoemde frontmannen met talent. Bert Dockx op het podium is vakmanschap pur sang.
Het vijftal was in de Handelsbeurs ter promotie van de meer dan voortreffelijke laatste plaat Rooms/Ruins. Hoewel het album toch wat anders klinkt dan pakweg Night Is Long, reeg Dockx een verscheidenheid aan nummers uit het hele laatste Flying Horseman-decennium netjes aan elkaar. Alles werd een volmaakt passend stukje in het grotere geheel.
Bijna alles: het tragere Bee Season is op Rooms/Ruins een prachtig nummer, maar kwam in deze set voor ons niet op de juiste plaats en zorgde voor een doods momentje.
Op het podium is Bert Dockx niet de meest spraakzame. Pas naar het einde van het optreden sprak hij het publiek toe en vroeg hij of de band nog een tijdje mocht doorspelen. Het antwoord van het publiek was duidelijk, dat van de technieker nog iets meer: nog zestien minuten – waarna Dockx beloofde eerst nog iets heel oud te spelen. Even werd in het publiek de sirtaki geopperd, maar toen de eerste tonen van America Is Dead van de ep weerklonken, hield iedereen in de zaal zijn adem in.
Na enkele bisnummers sloot Flying Horseman af met Brother – naar onze mening het beste nummer uit Night Is Long, maar hier misschien iets te braafjes gespeeld. Het kon het publiek worst wezen. Dit was opnieuw een geweldig optreden van één van de beste bands die ons landje momenteel te bieden heeft.