Vorig jaar maakten we kennis met de Antwerpse alt country/indiefolkband Steve Leon & The Accusations en met hun debuutep Louche die de band volledig analoog had opgenomen in hun eigen studio in Hoboken. De zeskoppige band heeft een vrij unieke sound en maakt aanstekelijke liedjes. Op 8 november verschijnt hun debuutplaat Borrowed Time Bonanza en dus was het hoogtijd voor een interview met frontman Steve Leon, in het dagelijkse leven Steve Michielsen.
De releases van Steve Leon & The Accusations verschijnen op het Duitse label Off Label Records, hoe zijn jullie daar bij gekomen en was er geen Belgische platenmaatschappij in jullie geïnteresseerd?
Toen onze eerste ep Louche af was, heb ik deze eerst verstuurd naar een aantal Belgische labels, maar er was toen geen interesse om de plaat uit te brengen. Daarna ben ik dus over de grenzen gaan kijken. Ik kende Off Label Records al van
de geweldige Dinosaur Truckers lp die ze uit hebben gebracht. Toen ik hem contacteerde was Johnny meteen enthousiast over onze opnames en we hadden onmiddellijk een enorm goede klik. Hij is iemand met een erg brede smaak die houdt van bands die buiten de lijntjes durven kleuren, wat vaak resulteert in ellenlange telefoongesprekken over muziek. Het was het begin van een enorm fijne samenwerking. Ik ben erg blij dat we bij hem zijn uitgekomen.
Waar komt de albumtitel Borrowed Time Bonanza vandaan?
Ik ben songs voor deze band beginnen schrijven aan het begin van de pandemie. Zeker aanvankelijk was dat best een enge periode en voelde het soms een beetje apocalyptisch. Toen de wereld grotendeels werd stilgelegd, was dat voor veel mensen een aanleiding om de prioriteiten in hun leven te herbekijken. Er heerste bij velen, en zeker ook bij mij, de hoop dat we de heropstart zouden kunnen gebruiken als een kans om onze samenleving anders en beter in te richten.
Nu we 4 jaar verder staan is er echter niet veel veranderd. Integendeel, de wereld voelt vaak geschifter dan ooit. Vandaar dus de “Borrowed time”. Anderzijds heeft die periode er wel toe geleid dat ik met deze band begonnen ben en
mijn creatief leven dus een nieuwe richting heb gegeven. Verder geef ik nu ook prioriteit aan een aantal zaken zoals wandelingen in de natuur, iets waar ik voorheen te weinig tijd voor maakte. En die verandering ervaar ik als erg positief. Daar verwijst de “bonanza” dus naar. De titel verwijst dus naar het spanningsveld tussen positieve veranderingen in mijn
persoonlijk leven enerzijds en een wereld die soms op de rand van de complete waanzin lijkt te staan anderzijds. Ik denk niet dat ik de enige ben die dit ervaart.
De teksten van jullie zijn redelijk maatschappijkritisch, is dat een overblijfsel van Steve’s punk verleden?
Dat maatschappijkritische is zeker iets dat mij erg in punk aanspreekt, maar dat ook in een groot deel van de folk en country aanwezig is, uiteraard. En dan denk ik niet alleen aan de klassieke protest folkzangers als Bob Dylan of Woody Guthrie. Ook in het werk van artiesten als John Prine, Blaze Foley, Terry Allen of bij hedendaagse acts als Hurray For The Riff Raff en Nick Shoulders is er een flinke dosis reflectie op onze samenleving terug te vinden. Ik hou wel van het idee van een song als een manier om een boodschap te verspreiden. Meer persoonlijke verhalen in songs spreken me ook erg aan hoor. Maar ik heb het gevoel dat er momenteel zoveel gaande is in onze samenleving dat ik de behoefte voel om daar iets over te zeggen. En dat is zeker tot uiting gekomen op deze plaat.
Net zoals de ep is ook het album analoog opgenomen. Is dat ook een soort van verzet tegen de huidige digitale wereld?
Dat is zeker geen principieel verzet. Het is uiteindelijk maar een medium en er zijn zeker ook fantastische platen opgenomen met digitale technieken. Maar het werkt voor mij persoonlijk wel erg goed om analoog te werken. Ik hou van de workflow, van de extra focus die je ervaart wanneer je een take opneemt en weet dat het goed moet zijn of dat het opnieuw moet. Dat plaatst je echt in het moment.
Verder beschermt het mij voor de impuls die veel muzikanten voelen om alles perfect te maken. Zeker als je jezelf producet, zit je er zo dicht op dat het soms moeilijk wordt om je eigen werk te beoordelen. In zo’n situatie is de verleiding enorm groot om al je fouten en imperfecties te corrigeren wanneer je dat kan. Maar dan verlies je ook een deel van de menselijkheid die kunst of muziek interessant maakt. En wat dat betreft is tape een buffer: je neemt de beste take op die je kan en dat is dan gelijk het resultaat. Alle scherpe randjes eraf vijlen is geen optie.
In jullie muziek zitten verschillende invloeden maar eigenlijk is jullie sound uniek. Wat is het geheim van het recept van het Steve Leon & The Accusations geluid?
Wat mijn songwriting betreft is het zo dat ik pas later in mijn leven mijn liefde voor country en folk gevonden heb. Ik ben niet opgegroeid met die muzikale traditie, ik was zot van bands als The Clash, The Smiths, The Only Ones of The Cure. Nog altijd trouwens. Mijn schrijven zelf is bijgevolg veel meer beïnvloedt door punk en indie muziek dan door country, zowel tekstueel als melodisch. De country/folk kant zit meer in het instrumentarium dat we gebruiken, in de klanken en texturen.
Daar komt dan bij dat iedereen in de band zijn eigen smaak en invloeden bijdraagt aan de nummers. Yannick Hermans speelt bijvoorbeeld ook bij instrumentale postrockband Those Who Didn’t, terwijl Tim Martens ook soms achter te ketels te vinden is bij shoegazers Newmoon of op bas en synth bij de indiepopband Sonder. Ik hoor ze regelmatig
enthousiast tegen elkaar uitweiden over de Britse mathcoreband Pupil Slicer. Bouke Cools, die trouwens ook zowel bij Sonder als bij outlaw country band Truckstop Cutie speelt, heeft net als Mila Francis een erg brede muzikale smaak. Mila en ik spelen trouwens ook nog samen in de roots reggae band Spellbreakers. Kristof Van de Vliet is een gigantische Beatles fan, maar heeft even goed een achtergrond in punk. Dit alles om te illustreren dat we allemaal nogal muzikale veelvraten zijn. Dat heeft uiteraard zijn invloed op de totale sound van de band. Daar wordt trouwens weinig over overlegd of gesproken. De arrangementen komen eruit zoals we de songs en elkaar aanvoelen op dat
moment.
Als band kiezen jullie er ook voor om typische Amerikaanse country klederdracht, is dat spontaan gegroeid of vinden jullie dat dit bij de muziek past?
Ten eerste vind ik het wel fijn als er op podium iets te zien is, dat er ook een visueel aspect is aan een show. Bovendien gaan we op een speelse manier om met die western kleding, zo hebben we het in de video voor Free gecombineerd met dino’s.
Dat soort zaken spreekt zeker het kind in ons aan. Good clean fun, zoals ze zeggen. Verder is de stereotype “countryzanger” gewoon ook wel een heel dankbaar archetype. Het is een van de weinige rollen als performer die je toelaten om een flauwe mop op het publiek los te laten om vervolgens een extreem tragische tearjerker van een nummer in te zetten. En dit zonder dat het ene kracht wegneemt van het andere. Bovendien vindt de punkrocker in mij het ook gewoon wel heel leuk om als cowboy op het podium te kruipen en vervolgens muziek te brengen die anders of breder is dan wat mensen bij dat beeld verwachten. Hopelijk helpen we hier en daar iemand af van zijn vooroordelen over country muziek op die manier.
De liedjes van Steve Leon & The Accusations zijn enorm aanstekelijk en catchy, maar helaas worden jullie heel weinig op de radio gespeeld. Zorgt dat niet voor een bepaalde frustratie of kunnen jullie dat loslaten?
Het zou natuurlijk heel leuk zijn om wel op de radio gespeeld te worden. Maar we moeten eerlijk zijn: country, altcountry en eigenlijk alles in die richting wordt grotendeels genegeerd door de media in dit land. Frustrerend is een groot woord,
maar ik vind dat wel enorm jammer. Al is het maar omdat ik daardoor steevast naar het buitenland moet om mijn favoriete bands te zien als ze op tour zijn, haha. Altcountry acts als Waxahatchee, MJ Lenderman, Sierra Ferrell of Hurray For The Riff Raff hebben het laatste jaar platen uitgebracht die overal op veel lof onthaald werden. Maar hier hoor je ze zelden of nooit. Toegegeven, met uitzondering van Slacker Station op Radio Willy. Iwein Segers speelt dit soort platen wel af en toe.
In Humo gaven ze de laatste Waxahatchee 2 sterren. Omdat het een country plaat is en de reporter in kwestie daar “zelden voor zijn plezier naar luistert”. Dat stond letterlijk zo in de review. Dat is toch echt compleet absurd, dat je een plaat neersabelt puur omwille van het genre. Je stuurt er toch ook geen culinair recensent die pasta haat op uit om een Italiaans restaurant te reviewen? Maar wat country betreft schijnen veel mensen dat grappig te vinden. En dat terwijl Bob Dylan of Neil Young hier niks verkeerd kunnen doen. Natuurlijk is een redelijk deel van hun repertoire simpelweg country te noemen. Nirvana’s versie van Leadbelly’s Where Did You Sleep Last Night vindt iedereen geweldig, terwijl die song in de country wereld al decennia een classic is. Er is trouwens een erg mooie versie van Gene Clark, onder de titel In The Pines. Ik kan iedereen aanraden om die eens te beluisteren. Wilco verkoopt hier vlot 2 keer de AB uit, en hun country roots zijn overduidelijk. Hun vorige album Cruel Country was eigenlijk gewoon een onverdunde countryplaat. Dus het is zeker niet zo dat er geen potentieel publiek voor het genre bestaat, maar toch blijft “country” voor veel mensen een vuil woord.
Ik vrees dat het vooral een kwestie van vooroordelen is. We missen met z’n allen zo wel een hoop van de mooiste nummers ooit geschreven. Als mensen tegen mij zeggen dat ze niet van country houden, laat ik ze steevast Kathleen van Townes Van Zandt horen. Het is onmogelijk om geen kippenvel te krijgen als je daar naar luistert. Moest er iemand verder geïnteresseerd zijn in verdere luistertips, stuur me gerust een berichtje, haha.
Steve en Mila zijn een koppel, is dat dan ook gemakkelijker om samen muziek te maken?
Ik weet niet of dat een algemene regel is, maar voor ons werkt dat erg goed. Het is erg fijn om als koppel creatief samen te werken en dat te kunnen delen. Ook als het even lastig is begrijp je elkaar want je zit er samen in. Wij hebben de gewoonte om iedere ochtend, voor we aan onze job beginnen, een uurtje samen te spelen en te zingen. Dat vind ik echt fantastisch en geeft mij rust in mijn hoofd nog voor de werkdag begint. Bovendien is Mila ook nog eens tekenaar van beroep. Zij zorgt dan ook voor al het artwork voor de band. Ik heb zelf destijds een filmopleiding gevolgd, dus de video’s zijn ook iets wat we samen doen. Daar kunnen we ons ook creatief echt in uitleven. Het is heel fijn om daar met haar over te brainstormen en onze ideeën vorm te geven. Het is ook gewoon tof om alles DIY te kunnen houden. De punk spirit is er dus zeker nog niet volledig uit.
Als jullie zouden mogen kiezen om het voorprogramma van een band te verzorgen op een Europese tournee, van wie zou dat zijn en waarom?
Als je iedereen in de band zou vragen om je een lijstje met 5 namen te geven, ga je ongetwijfeld 6 erg verschillende lijstjes krijgen. Maar er is 1 naam die met zekerheid op al deze lijstjes zou staan en dat is Wilco. De manier waarop Wilco op een unieke manier invloeden uit country, folk, indie, (post)punk etc. versmelten is enorm inspirerend. Het is ook geweldig om te zien dat ze zich elk album opnieuw uitvinden en een nieuw recept kunnen bedenken met dezelfde ingrediënten. En toch klink het telkens onmiskenbaar als Wilco. En dat doen ze ondertussen al ruim 3 decennia, waarin ze geen enkel slecht album afgeleverd hebben. Dat is uniek in de muziekwereld. Ik kan niet onmiddellijk een andere band bedenken waarover je dat kan zeggen. Dus ja, we zijn fans, haha.
Wat mogen we nog van Steve Leon & The Accusations verwachten in de toekomst?
Nog een pak meer muziek, en hopelijk zoveel mogelijk shows. We zijn al ruim halfweg met het schrijven en arrangeren van de nummers voor het volgende album. Dat gaat dus niet al te lang op zich laten wachten. Het is zo’n plezier om met deze band muziek te kunnen maken dat dat op zich al de grootste beloning is.
Steve Leon & The Accusations kan je aan het werk zien op:
07/11 – Djingel Djangel – Antwerpen
30/11 – Plan B – Tienen
14/12 – Corso (CC Berchem) – Berchem
08/02 – Barzoen – Turnhout
13/02 – Cabron – Antwerpen
18/04 – Muziekcentrum Dranouter
17/05 – CC Muze – Heusden-Zolder