Luminous Dash BE

ROBIN BROOS (THE ORIGINAL SOUNDTRACK)

Leerde Hendrik Conscience zijn volk lezen, dan zou Robin Broos wel eens de man kunnen zijn die zijn volk naar de donkere krochten van de soundtrack heeft geloodst. De afgelopen – en komende – maanden heeft Robin samen met Tom ‘Pélé’ Peeters een nieuwe zaalshow opgezet die de Belgische soundtrack belicht en waar sinds kort een albumrelease bij behoort. Tijd voor een babbel met Robin.

ROBIN EN PELE © JELLE GOOSENS

Wie of wat is The Belgian Soundtrack?
Robin:The Belgian Soundtrack is zoals elk goed verhaal, een uit de hand gelopen hobby. Wanneer ik in 2020 bezig was het met schrijven van het boek The Original Soundtrack, kreeg ik telefoon van voormalig filmjournalist Jan Temmerman. Of ik geïnteresseerd was in wat oude soundtrack-platen die hij op zolder had gevonden. Niet wetend wat hij precies bedoelde, heb ik ja gezegd. En wat bleek, het ging om 650 soundtrack-lp’s. Veelal onbekende titels, maar dat wil niks zeggen, dacht ik. Dus vroeg ik mijn goede vriend en Ennio Morricone-connaisseur Tom ‘Pélé’ Peeters of hij eens naar die collectie wou komen kijken. En we hebben er dan een sport van gemaakt om elke plaat een kans te geven en te beluisteren. We kregen al snel in de gaten dat veel van onze verborgen parels een Belgische link hadden. Daaruit ontstond onze zaalshow The Belgian Soundtrack, waarmee we momenteel toeren. En met de mooiste muziek zijn we naar Sdban Records gestapt, de platenfirma van de compilatieparel Funky Chicken. Zij zagen er meteen iets in om ook hier een album van te maken.

THE BELGIAN SOUNDTRACK © Les Fabuleux

Iedereen die jou kent weet dat jij naast een fervente Disney-fanboy, ook een enorme soundtrackliefhebber bent. Hoe is die liefde voor filmmuziek ontstaan?
Robin: Ik steek het op John Williams. Nadat ik als 9-jarige Jurassic Park in de zalen had gezien, kon ik nadien de hoofdthema’s nog na-neuriën. Het was een tijd voor het internet of VOD. Dus de film herbeleven kon enkel via mijn stickerboek en de cd. Sindsdien verzamel ik soundtracks.

Soundtrack is geen genre op zich, want het kan van alles zijn, van rap tot een minimalistische score. Beschouw jij jezelf als een muzikale veelvraat?
Robin: Absoluut. Ik kan evengoed genieten van een door hiphop doordrenkte soundtrack van Black Panther, als een electroscore als Stranger Things of de plastic pop van Barbie tot een symfonisch meesterwerk als Tàr van Hildur Guðnadóttir. Daarom is het zo fijn om nog altijd The Original Soundtrack op Klara te mogen maken. Eén dag per jaar, op 21 oktober voor de World Soundtrack Awards in Gent, mogen Clara De Decker en ik volledig losgehen en acht uur lang draaien wat we willen. Zolang het maar goed is en uit een film komt.

Staan de film en de muziek los van elkaar? Ik bedoel, ik ken schitterende soundtracks van verschrikkelijke films en vice versa…
Robin: Ik heb die discussie al vaak gevoerd met Pélé. Hij kent haast alle soundtracks van Morricone, maar lang niet alle films. En soms zag hij films waarvan hij de score geniaal vond, maar de film een misser bleek. Ik had het onlangs zelf met Personal Effects van wijlen Jóhann Jóhannsson. Sinds het overlijden van de IJslandse componist verschijnt er heel wat onuitgegeven werk, waaronder veel soundtracks. Personal Effects kwam uit bij Deutsche Grammophon, een voornaam label van klassieke muziek. Een soundtrack waar ik instant verliefd op ben geworden, dus ik wou de bijhorende film zien met mijn jeugdcrush Michelle Pfeiffer en met Ashton Kutcher. En man, daar heb ik spijt van. Wat een draak. En over de muziek in die context: parels voor de zwijnen…

En van de passie kwam de zaalshow. Hoe is dat precies begonnen?
Robin: Eerlijk gezegd wou ik in de eerste plaats een tweede boek schrijven. Na The Original Soundtrack leek The Belgian Soundtrack me een logische, mooie opvolger. Alleen, niemand was geïnteresseerd. Tegelijk besefte ik: ik kan wel leuke anekdotes neerpennen over obscure, Belgische films met steengoede muziek. Maar ergens wil je ook zien waarvoor die muziek gemaakt is. Op dat moment had ik een jaar rondgetrokken met The Sci-Fi Soundtrack, een muzikale lezing die ik had gemaakt voor Razor Reel Flanders Film Fest in Brugge en waarvoor ik onverwacht de Publieksprijs kreeg. Mensen lijken het fijn te vinden om te luisteren naar verhalen over muziek, bewijze ook de succesvolle theatershows van Belpop Bonanza. En na wat vruchtbare gesprekken met Fonk, de organisatie boven onder meer Cinema ZED in Leuven, zijn we samen aan deze voorstelling begonnen.

Nu doe jij met Tom Peeters een show rond Belgische filmmuziek. Wie doet wat?
Robin: Pélé is een audiofreak en componist. Maar als liefhebbers van soundtracks delen we ook een sterke passie en kennis. In The Belgian Soundtrack proberen we elkaar als gelijken aan te vullen. Achter de schermen heeft hij vooral het audioluik op zich genomen en heb ik onze teksten ‘gescript’. Maar Pélé blijft me elke opvoering opnieuw verrassen met hoe grappig en spitsvondig hij is. Het is een zaligheid om zo’n project samen aan te pakken met iemand die er op dezelfde manier instaat. Gewoon onze passie delen, zonder kapsones.

We denken vaak dat Belgische muziek gewoon gebruikt wordt voor louter en alleen Belgische film, maar het plaatje gaat verder dan dat, niet? Wat was jouw grootste verbazing tijdens je ontdekkingstocht?
Robin: In het project zit alles wat nog maar neigt naar ons land: internationale kleppers op Belgische films, onbekende lokale componisten of landgenoten die meespelen op Hollywood-scores. Maar dé ontdekking is Roger Morès, een man naar wie ik nu twee jaar research doe, maar amper info over vind. Hij dirigeerde de BRT Big Band, trad op met tal van artiesten en schreef enkele fantastische soundtracks, zoals Cash? Cash! uit 1967, vandaag de duurste tweedehands vinyl van een Belgische film. En we hebben twee tracks van hem op onze plaat.

Trouwens we zeghen het woord “ontdekkingstocht” met het grootste gemak, maar hoe werk je aan zo’n huzarenstuk? Dat is toch wekenlange of maandenlange research, hoe begin je daar in godsnaam aan?
Robin: We hebben het eens uitgerekend: het beluisteren van al die platen van Jan Temmerman kostte ons meer dan 29.000 minuten. Dat is het equivalent van 78 keer de eerste trilogie van Star Wars te bekijken. Maar we zijn ook dieper gaan graven, eens de focus op België duidelijk was. Pélé heeft quasi alle Belgische films uit de jaren 1960 en 1970 diagonaal bekeken, op zoek naar goede muziek. Het is dus een ultiem passieproject.

En nu is er een plaat. Ik neem aan dat dit jullie eerste plaat is, of ben ik mis? Het gaat om een compilatie en daar moeten zeker songs op staan waar je voor de originele persing een fortuin moet voor neertellen, niet?
Robin: Absoluut, dit is onze eerste en misschien enige compilatie ooit. Als verwoed verzamelaar had ik dit nooit verwacht ooit te mogen meemaken. En het klopt wat je zegt, intussen hebben we heel wat gezocht, gevonden en verzameld dat véél geld waard is. Maar we hebben ook nummers kunnen clearen die nooit zijn uitgegeven. Dat maakt het erg bijzonder.

THE BELGIAN SOUNDTRACK © BAVO NYS

Wat is zowat het zotste – in prijstermen – dat je ooit bent tegen gekomen?
Robin: Die Cash? Cash! waarvan sprake gaat gemakkelijk voor 300 euro van de hand. Niet slecht voor een Belgische film die uit het collectieve geheugen is verdwenen.

We hebben de indruk dat jullie show lekker loopt, want er zijn toch heel wat voorstellingen. Moet je film- of muzieknerd zijn om van jullie shows te kunnen genieten?
Robin: Integendeel. We hangen het dan wel op aan muziek en film, maar het gaat om verhalen. We hebben het over een Vlaamse seksfilm met Herman Van Veen in de hoofdrol, over de Antwerpenaar die bijna muziek mocht maken voor The Mission of over de Belgische connectie in Jurassic ParkThe Hunger Games en The Whale.

Kill your darlings, wat is de beste internationale en Belgische soundtrack?
Robin: Dat hangt af van mijn gemoed, maar vandaag is dat Breakfast At Tiffany’s van Henry Mancini. En Belgisch: L’étrEinte van Roger Morès.

Dit interview kwam tot stand via Fast Forward.


Mobiele versie afsluiten