Luminous Dash BE

Ão! Het legosteentje van Brenda Corijn

Interview en foto : Hendrik Hindrex

Het ziet er naar uit dat 2023 het jaar van de Belgische band Ão wordt.  Op 6 oktober komt het eerste full album uit.  De zieltjes worden in afwachting alvast ao vivo (‘live’ in ‘t Portugees nvdr.) gewonnen.  

Ão, je spreekt het uit als het kreetje van een bompa die pardoes op een legosteentje trapt.  Een begrip met veel betekenissen : iets pijnlijks, moois of treurigs. Maar ook verwondering.  

Warempel hoog tijd voor een gesprek met Brenda Corijn, frontvrouw van Ão.

©Hendrik Hindrex

Boa tarde, Brenda.  Ão ao vivo !  Jullie zijn er als jonge band in geslaagd om een aantal concerten op heel bijzondere plekken te versieren.  Ik denk aan het Gravensteenconcert. Jullie waren toen nog een duo: jij en Siebe Chau.

Ja, daar zijn we heel dankbaar voor.   We werkten toen wel al samen met Jolan Decaestecker.  Siebe deed het management.  We hebben eigenlijk veel geluk gehad : er werd vaak aan ons gevraagd om te spelen.  We hebben niet zo veel mails moeten uitsturen.  Het was ook niet meteen de bedoeling om een band te vormen: het is organisch gegroeid.  Siebe en ik zijn als voorprogramma begonnen.  Een vriend vroeg aan Siebe om solo te spelen.  Maar hij had daar geen zin in.  Siebe had me gezien in een voorstelling.  Hij wist dat ik graag zong.  Hij heeft me toen gevraagd om éénmalig mee te doen. Dat was superleuk. Ik was zelf heel hard overdonderd, want het was de eerste keer dat ik op een podium stond voor een concert.  En dat is nooit gestopt.  Meteen ook een nieuwe aanvraag om ergens te gaan spelen.  Ook weer geen zin om alleen te spelen en uiteindelijk werden we daarna samen gevraagd.  Zo zijn we organisch een band geworden. Jolan is er toen bijgekomen en uiteindelijk Bert Peyffers.  Die concerten bloeiden daar uit voort.   Ik zat toen op kot in Leuven.

Kan je even in ‘t kort jouw eigen verhaal vertellen ?  Je komt uit Mozambique…

Mijn ouders hebben elkaar ontmoet in Mozambique. Mijn vader werkte voor Artsen zonder Grenzen.   Hij was op missie en heeft daar mijn mama ontmoet.  Toen zijn ze getrouwd.  Mijn zus is geboren. Vervolgens zijn ze naar Zimbabwe op missie gegaan en daar zijn mijn broer en ik geboren.  Na veel verhuizen, en mijn zus die drie talen door mekaar sprak, hebben ze uiteindelijk gekozen om in België te blijven.

Maar wel met Portugees als moedertaal ?

Ja, maar mijn mama is ook niet volledig Mozambikaans: haar vader is Portugees.  Een mengelmoes dus.

 Je zingt in ‘t Portugees.  De mensen denken dan meestal spontaan aan fado, maar dat is het niet.  Het woord janela komt zelfs niet voor in je liedjes…

Ja, het is geen fado.  Ik zou het eerder omschrijven als saudade.   Dat komt voor in fado, maar ook in andere genres.  

Het Portugees kent nogal wat varianten: die taal klinkt anders in Porto dan in de Algarve.  En helemaal anders dan op de Azoren of in Brazilië… 

(Lacht)  Ik was op Erasmus in Porto en een huisgenote was van de Azoren. Dat Portugees had ik voordien nog nooit gehoord: ik vroeg me af waar zij Portugees geleerd had.  Zo een andere klank, maar wel heel cool ! 

Mee eens: hoje klinkt ginder als heuje.  Maar ik vraag het omdat er ook Braziliaanse invloeden in je liedjes zitten.  Welke varianten van het Portugees zing je ?

Het schippert tussen Mozambikaans Portugees en Portugees uit Portugal, denk ik.  Omdat ik in beide landen familie heb. Waarbij ik ook kan kiezen voor wat mooier klinkt.  Soms klinkt iets met een harde ‘r’ mooier, da’s heel verschillend op die twee plekken.  Het accent dat ik heb is niet zo bewust. Als er soms Braziliaans insluipt, is het door mijn Braziliaanse vrienden, muziek of telenovela’s. 

Herkenbaar, ik heb zelf ook Braziliaanse vrienden. Het sluipt erin.  

Net zoals in de band. Als we samen zijn, praten we ook soms met een Limburgs accent.  

En dan de liedjes.  Even beginnen bij de ep uit 2020.  Enkel te beluisteren via streaming ?

Nee, die was ook fysiek verkrijgbaar op cd en op vinyl. Die zijn wel allemaal uitverkocht.  Ook de nieuwe plaat komt uit op cd en vinyl.  we zijn er nu mee bezig om dit allemaal in orde te brengen.  We hebben met z’n allen onlangs de testpersing beluisterd en dat was een overweldigende belevenis.  Blij dat we dat met z’n vieren, achterover geleund, hebben kunnen doen.

Die eerste ep : Cover is een Engelstalig nummer…

Dat is eigenlijk een gek verhaal.  Het gaat bij ons vaak over angst om jezelf te tonen.  Cover gaat daar ook over. Een soort van: je ziet niet alles wat ik belichaam.   Hoe ik tegenover jou sta. En hoe ik mij daar een shapeshifter in voel. Van vorm voel veranderen.  In de tekst staat letterlijk: jij weet niet hoe ik naar jou kijk als je je omdraait.  Of als je me vasthoudt, in de verbeelding dan.  Dat je niet weet niet welke impact je hebt op mij.  Wat ik heel gek vind, is dat als mensen me alleen van onze muziek kennen, dan hebben ze vaak een heel mysterieus beeld van mij, zien ze mijn donkere kant. Als iemand me dan in het echt ontmoet, naar me kijkt en me dan zegt: ik moet even de twee beelden op mekaar leggen.  Omdat ik een heel uitbundig, extravert iemand ben, heel lacherig ook. Dat nummer gaat over die combinatie.  Of dat ik me gelukkiger voordoe, of enkel die kant wil tonen en niet die andere kant achter het masker.  

Terwijl je op het podium wel…

Daar toon ik die andere kant wel.  Of probeer ik. Verstopt in de muziek, waar niemand me kan zien, waarin ik enkel een stem ben, voel ik me veilig.   De overgang naar het vervolgens zichtbaar opvoeren, is je effectief kwetsbaar opstellen.  Ik vind dat niet altijd gemakkelijk.  

Best served cold… heel knap nummer …

Dat is geschreven op afstand. Ik zat toen op Erasmus en Siebe zat hier in Leuven.  We hebben via mail die nummers geschreven.  Dat was ook midden in de coronatijd.  Ik was toen zes maanden weg van wat ik kende.  Met alles wat toen gaande was vroeg ik me af: wie neemt de leiding in het leven ? Daarom begin ik ook met ‘neem mijn hand’.  Mijn zicht is helder, maar ik ga niet doen alsof ik de waarheid in pacht heb.  Het enige wat ik daar in heb, is mijn beeldspraak.  Mijn enige middel om iets aan deze wereld bij te brengen, is mijn verbeelding. In de hoop dat dat iets teweeg kan brengen, verandering kan brengen.  Of troost of een beetje verbinding.  Je kan me niet het zwijgen opleggen. Ik vind het heel belangrijk om te blijven spreken.  

Het nummer waar ik met mijn huis-, tuin- en keukenportugees het minst van kan van maken is Rajada.  

Niet erg hoor.  Dat is het eerste nummer van die ep dat we geschreven hebben.   Het gaat over hoe je je opstelt alsof je heel gelukkig bent, maar dat er daar achter ook iets is.  Rajada is een windvlaag.  (Neuriet de tekst en vertaalt).  ‘Ik ga verder met die oneindige lach terwijl de windvlaag en de chaos er ook moet zijn.’  Dat is waarover het gaat.  Je mag huilen,  mee met die windvlaag.  Breek die muren…

Dan Berimbau – Consolaçao.  Berimbau is een instrument dat ook gebruikt wordt in capoeira.

Dat is een cover van Baden Powell en Vinícius de Morais.  Siebe en ik spelen dit nummer heel graag en vonden dat onmisbaar voor onze eerste ep.  Er zijn referenties naar capoeira in dat nummer.  Dat ben ik daarna zelf gaan doen.  We waren in Het Depot het voorprogramma van Mulato Astatke en daar heb ik mijn capoeiragroep Mundo Capoeira Leuven uitgenodigd om een roda te openen op het nummer Berimbeau. Ik denk dat het voor iedereen onvergetelijk was !

Over naar het nummer Tea.  Waar is de videoclip opgenomen ?

Die video is opgenomen aan de Keizersberg in Leuven en op een bouwwerf in het centrum van Leuven.  Die opname is gebeurd door Michiel Venmans (ook bekend van zijn werk voor PortlandEefje De Visser en Mauro Pawlowski nvdr.).  Michiel maakt al onze video’s.

Tea was ook een soort bescherming tegen een soort van imposter syndroom.  In de bridge zeg ik : ‘they’ll catch me correct me ‘your tongue is not native’.  Ik spreek waarschijnlijk ook niet alles in het Portugees en het Engels even exact uit zoals het moet.  Maar ook de angst dat ik niet geaccepteerd zal worden.  Dat mensen die luisteren me zullen corrigeren en me er op wijzen dat die taal niet van mij is.  Die angst had ik ook toen we in Lissabon het voorprogramma van dEUS speelden.  Ik was plots heel angstig dat ik door het publiek niet geaccepteerd zou worden voor wie ik ben.  

Ietwat overbodige angst, toch ? Het Portugese publiek staat bekend als zeer respectvol.  Het Frans van Arno en het Nederlands van Brel vertoonden ook mankementjes, who cares ? (Dit interview werd zowat rechtover Arno’s  Brusselse stamkroegje, Le Coq, afgenomen nvdr.).  Maar even naar de nieuwe plaat die dit najaar uitkomt: Meninas.

Dat is het eerste nummer van de plaat.  Dat nummer heb ik geschreven na een reis naar Marokko met Ibti, een vriendin.  Waarin ik voelde hoe je je als vrouw sterker kunt voelen met een andere vrouw aan je zijde.  Ik had toen ook net de serie My brilliant friend gezien. Dat is een Italiaanse serie waarin de hoofdpersonages, Elena en Raffaella, zo’n band hebben waarbij ze elkaar uitdagen en sterker worden door bij elkaar te zijn en ze hebben een heel groot verlangen om naar zee te gaan. In de serie geraken ze daar nooit. In het nummer is het ook een soort van orakel, iemand zegt : ‘ga daar weg, ga naar de zee.’ Natuurlijk gaat het dan om iets groters: volg je verlangens.  En je daardoor sterker voelen.

Het volgende liedje van de nieuwe plaat is Outra.

Er zijn nu al drie nummers met twee intro’s van die plaat uitgebracht.  Die nummers volgen elkaar op in groei: het begint met Meninas (meisjes), Mulher (vrouw) en dan Avó (oma). Met bij Outra en Mulher een intro naar die nummers toe.  

Outra is de intro van Mulher.  Bij Outra moet ik een zin vertalen die meegeeft wat die intro is. Dat is de laatste zin :  ‘A cama absorve as dúvidas’. Dat betekent : ‘Het bed absorbeert de twijfels.’  En dat de dualiteit daarin enerzijds een plek is om de twijfels tussen jou en die andere persoon te vergeten.  En anderzijds dat het ook de broeihaard daarvan is. Dat leidt dan naar Mulher.  Dat zou ik willen omschrijven als een waterkolk waarin je steeds terugkeert in hetzelfde, maar ook steeds dieper komt en dingen je meer raken.  En Mulher gaat dus over afstand willen nemen van iemand of letterlijk: ga op zoek naar iemand anders.  Iemand mooier en sterker dan ik.  Niet vanuit een verlangen dat iemand daar tegen vecht, meer van ik kan het niet zo, maar dan zijn er kleine dingen die er voor zorgen dat je toch weer iets hebt waardoor je die afstand niet kunt nemen.  Daarin is de zin: ‘mais um pouquinho depois te deixo’, ‘nog een klein beetje en dan laat ik je gaan, het is beter dat je iemand anders vindt’. En dan terug vallen daarin: het niet kunnen loskomen van iemand.  Daarover gaat Outra Mulher.  

Het verhaal van Avó werd al opgetekend door onze collega Bart Verlent.

Dat is een opname van mijn mama die buiten was toen ik haar vroeg: ‘kan je dat verhaal nog eens vertellen van die krokodillen ?’  Ik hou van de verhalen die mijn mama vertelt.  Ze zegt het zelf in het begin van de opname : ‘ik weet niet of ik de hele waarheid zal vertellen’.  Al haar verhalen hebben soms een sprookjesgehalte. Dikt ze het nu aan ? Verhalen over hyena’s die plots bij het kampvuur zijn en dat ze dachten dat het honden waren… Avontuurlijke verhalen die me heel erg aanspreken en waar ik van hou. Die mijn verbeelding hebben gekleurd.  Ze is een fantastische verhalenvertelster.  Veel beter dan mij.   

Deze songtekst schreef ik ook kort na diezelfde reis naar Marokko.  Ik voelde een enorm gemis naar Afrika en Mozambique in het bijzonder. Ik heb het globaal genomen.  In het nummer wordt niet Afrika, maar wel Afraka gezegd.  Dat is omdat ik iets heel mooi las in het boek Sacred Women van Queen Afua.  Zij zegt dat de originele naam van Afrika eigenlijk Afraka is.  Dat betekent ‘flesh and soul of the hidden sun’ ofwel ‘vlees en ziel van de verborgen zon’.  En dat Afrika achteraf door mensen van buitenaf daaraan is gegeven. Of dat allemaal echt waar is, weet ik niet.  Ik vond het heel mooi en voor mij is het nu wel waar.  In dat nummer spreek ik over de tijd.  Een soort van terugblik.  Daarom dat het in die trilogie als laatste komt.  Het begint steeds met ‘tanto tempo passou’,  ‘zoveel tijd is verstreken’ in het land dat ons de warmte, de kleuren en voor mij dan de saudade.  Het eindigt dan met: er is zoveel tijd verstreken, maar als er iets blijft dan is het wel het kloppen van Afraka.  

Saudade : het begrip is amper te vertalen. Weemoed komt dicht in de buurt.  

In die terugblik zie ik mezelf als verlegen meisje dat – zoals zoveel kindjes doen – tussen de benen van de ouders kruip, en de moeder die zegt : ‘ga maar spelen’.  En er komt nog een ander woord in dat ik zelf niet kan vertalen : chatinha, chata… Iets wat tegen kinderen wordt gezegd als ze vervelend doen.  Moeilijk te vertalen, maar ik kom er niet uit. 

Kattenkwaad ? 

Ja, inderdaad. Maar dan als personificatie daarvan, je bent een chata,  kattenkwaad.  Maar ook als kinderen hard aan de mouw trekken.  Waarop je zegt : ‘niet doen, chata’.  Grappig om af en toe dingen tegen te komen die niet te vertalen zijn.  

Laten we het even hebben over Ão ‘ao vivo’,  de live-optredens dus.  Jullie raakten niet door de preselectie van de Rock Rally.  Volgens de jury was het ‘muziek voor tijdens de uitslagen van de verkiezingen’ (sic). 

Het was sowieso heel fijn om daar te spelen.  Hoe zeiden ze dat ook weer? Dat de jury ‘de tussengeluidjes beter vond dan de songs.’ Als we daar iets uit meenemen, is dat ook dat we dat als onze kracht zien: op onze plaat schenken we veel aandacht aan dat instrumentale. We besteden ook aandacht aan die intro’s.  Misschien is het toen ontstaan dat we tijdens de optredens van het ene nummer naar het andere vloeien.  Mja… En wie weet mogen we ooit op de avond van verkiezingen op tv spelen.  Maar Humo heeft onlangs trouwens wél leuke dingen over ons geschreven.  

Nevermind, dEUS heeft destijds de finale ook niet gewonnen.  Jullie waren ook te zien in ‘De Zevende Dag’.   

Dat was nog voor de Rock Rally.  Toen was Bert er nog niet bij.  Bert heeft ons in dat programma gezien en heeft ons toen gevraagd om hem te contacteren als we ooit een percussionist nodig hebben.  Later zaten we in een repetitie voor Theater Aan Zee.  Na een videocall hebben we Bert gevraagd om mee te spelen op alle komende concerten.  Zonder dat we hem ooit live hoorden spelen, en zonder dat we hem echt ontmoet hadden.  (Lacht) Het klikte direct. 

Op naar Het Depot in Leuven.  Daarvan staan ook beelden op youtube. Jullie hebben daar een cover van Stilstand van Eefje De Visser gespeeld.  Heeft ze daarop al gereageerd ? Ze woont in Gent.

Ja, dat was een vertaling van dat nummer. We vonden het een prachtig nummer.  

Ik vond het wel een moeilijke opgave om dat nummer te vertalen.  Ze vond het mooi, wat een opluchting ! Dat heeft ze verteld bij een meet-and-greet op een Sound Track sessie.  Wat ik mooi vind aan Stilstand – eigenlijk onvertaalbaar – omdat Eefje zo een poëtische manier van schrijven heeft.   Er is een zin: ‘want dit is drijfzand’.  Drijfzand is op zich zo’n mooi woord. In het Portugees is dat niet per se hetzelfde. Als lyrics heel concreet zijn, is er ook heel weinig vrijheid om dat te vertalen.  Als iemand schrijft: ‘de stoel is hard’ en die bedoelt dat ook zo, dan kan je daar niet buiten.  Haar taal is een verbeelding van wat zij voelt.  Dan is dat gemakkelijker omdat je naar dat gevoel kan gaan en daar iets anders kan uit komen.  En dat maakt dat ik toch geprobeerd heb om een vertaling te maken.  Eigenlijk zou ik een Nederlandstalige naar Stilstand moeten laten luisteren en iemand die Portugees spreekt naar onze versie.  En hen dan daarna laten praten daarover: dát zou ik interessant vinden.  

Van al jullie footage op youtube vind ik het optreden in het Coliseu Dos Recreios (een zaal uit 1890 met 4300 plaatsen nvdr.) in het centrum van Lissabon het meest indrukwekkend.  Jullie speelden in het voorprogramma van dEUS.  Je lijkt op het podium een transformatie door te maken: van een vrolijke, extraverte jonge vrouw naar een zangeres die heel ingetogen, heel serieus haar saudade bezingt.  

Als er iets is wat ik wil uitstralen is het eerlijkheid.  Er is iets wat mijn oma me zei: ‘Je kan de mooiste stem hebben, maar als je het niet voelt, dan voel ik het niet.’  Zo ervaar ik dat ook: de mensen waar ik het meest naar opkijk, zijn die mensen waarvan ik voel dat ze eerlijk zijn.   Dat de woorden van hun zijn.  Ik probeer mij op het podium keer op keer te laten raken door ons en door het verhaal.  Daarom dat ik af en toe naar binnen keer: om dat te kunnen toelaten.  Maar er zijn ook momenten waarop ik dans.  Anderzijds ben ik ook nog zoekende.  Het speciale in het Coliseu was dat ik voelde dat mijn angsten om niet geaccepteerd te worden plots openheid kregen door hoe het publiek reageerde.  En ik me wel geaccepteerd voelde.  De band zei dat ze nog nooit zo weinig stress hadden.  

Maar hoe is dat contact met dEUS eigenlijk tot stand gekomen ?  Via Tom Barm…

Nee, het was niet via Tom Barman.  Toen we daar toekwamen, schrok hij omdat we allemaal Nederlands spraken.  Het management belde en vroeg of er een kans was dat wij binnen twee weken naar Lissabon konden vertrekken om als voorprogramma te spelen.  En plots zaten wij daar. Dat is heel snel gegaan.  Siebe, Jolan en onze audiotechnieker Bert Hermans zijn naar Portugal gereden.  Dan zijn Bert en ik met Michiel Venmans, die de video heeft gemaakt met het vliegtuig naar Portugal gereisd.  En fotograaf Jules Desmet kwam achter met de boot.  We hebben daar niet alleen het voorprogramma gespeeld. Maar we namen ook het laatste nummer voor de elpee op in onze Airbnb.   

Dat is geen saudade meer, dat is rock-‘n-roll, Brenda ! 

Zo voelt het ook wel vaak.  Zeker de manier van schrijven is heel atypisch, denk ik.  Wij schrijven de nummers niet eerst om daarna uitgebreid te repeteren.  Maar omdat Jolan onze producer en mixer is, neemt hij tijdens het repeteren op en wordt er simultaan met nieuwe nummers schrijven, creëren en opnemen, met  materiaal, dat al is opgenomen in Pro Tools en Ableton, gemixt.  In de intro Outra  hoor je mij in de verte op de achtergrond ook zingen: dat is een opname van de eerste jam.  Omdat dat gevoel van die eerste opname een meerwaarde is voor het eindproduct.  En zo krijg je vaak een mengeling van hoe het in de tijd is verlopen.    

Hebben jullie het concert van dEUS eigenlijk zelf ook gezien ?

Ja, vanuit de backstage.  Dat was erg impressionant !  Tom vond dat de afstand tussen het publiek en het podium te groot was en dus heeft hij maar mensen op het podium uitgenodigd.  Dat stond helemaal vol.  (lacht)

Brenda, je hebt op vele plaatsen gewoond: waar voel je je het meeste thuis ?

Dat weet ik niet.  Daar is geen eenduidig antwoord op.  Nu woon ik net een jaar in Brussel en ik zou hier graag nog een jaartje blijven. En in Portugal, bij mijn oma, kan ik echt tot rust komen.  Ze woont heel afgelegen, ver van alles af.  En in Mozambique is het heel overweldigend. Soms is het te moeilijk om daar aan terug te denken.  Maar als er een… die plek waar ik me het meest thuis voel moet ik nog ontdekken.  Ik voel me wel een beetje nomade soms. Dus ik weet het nog niet.

Muito obrigado ! Veel succes met de nieuwe plaat !

Facebook – Instagram

Mobiele versie afsluiten