Home Belgisch MOANING CITIES

MOANING CITIES

by Didier Becu

Met een album alsD. Kleinkonden we niet anders dan in de Magasin 4 zanger Valerian Meunier bij de kraag grijpen voor een gesprek.

De band bestaat nu vijf jaar en jullie hebben twee albums en een ep gemaakt. Er zit een tamelijk groot verschil in beide platen omdat jullie op D. Klein minder invloeden uit het Midden-Oosten hebben gebruikt. Hoe kwam dit?
Ik denk dat dit veel te maken heeft met het feit dat toen we onze tweede plaat opnamen, Tim meer zin had in gitaar spelen dan de sitar. Ook merkten we op dat we voor D. Klein meer rock ’n roll-gerichte songs schreven. De stonerrockinvloeden zijn op onze tweede plaat meer aanwezig. Niet alleen op plaat, ook het podium willen we meer interactie met het publiek. Niet dat we de sitar uit ons geluid bannen, zo lang het instrument in onze set past zal die daar ook in blijven. In het begin wilden we met de sitar een soort van folkrockgeluid, maar nu willen we dat instrument op een andere manier gebruiken.

Moaning Cities
Moaning Cities (c) : Ann Cnockaert

Ik merk ook nog een andere evolutie. Moaning Cities is niet langer meer die obscure undergroundband, maar maakt meer en meer deel uit van de Belgische alternatieve muziekscène. Ik bedoel mensen kennen jullie meer en meer.
Waarschijnlijk komt dat omdat we op een bepaald moment hebben besloten om van Moaning Cities iets meer serieus te maken. Zeker toen Bertrand Gascard en Grégory Noël de band verlieten. Toen Melissa erbij kwam, wisten we dat we een andere route voor Moaning Cities wilden zoeken. En kijk, nu spelen we zo vaak we kunnen! We hebben een label en we werken met mensen die voor onze publiciteit zorgen, dus dat zijn allemaal punten die aantonen dat we professioneel willen zijn. Ik ga niet beweren dat die serieuze dingen altijd even leuk zijn, maar dat hoort er nu eenmaal bij.

Ondanks het feit dat jullie psychedelische rock maken, zitten jullie ook dicht bij de noisescène. Je eerste plaat verscheen op Mottow Soundz en voor jullie tweede werkte jullie samen met Laurent ‘Roo’ Eyen die samenwerkte met The K. en It It Anita. Hoe zien jullie jezelf in de Belgische scène?
Goede vraag (lacht). Alles hangt af van de mensen die je pad kruisen. Zo zijn we met Laurent in contact gekomen omdat hij naar één van onze concerten kwam kijken. Het klikte onmiddellijk tussen ons, en dus besloten we om met hem in zee te gaan voor de opnames van onze tweede lp. Ik hou enorm veel van bands die hun muziek vanuit een experimenteel vertrekpunt maken, maar er tegelijkertijd iets toegankelijk van maken. Het mooiste voorbeeld zijn The Beatles of Radiohead.  Het is die manier van werken waarvan wij houden, daarom is het ook niet zo eenvoudig om te zeggen of Moaning Cities nu punk, noise- of garagerock is.  Op iedere plaat proberen we iets nieuws te brengen, en dat groeit door te experimenteren.

Behoren jullie tot de Brusselse scène, ik bedoel jullie eerste plaat zit op het label van La Muerte en My Dilligence.
Nadat de eerste plaat uitkwam, werden we daar natuurlijk wel mee geassocieerd. Maar ik vind dat niet dat we daartoe behoren. Ik respecteer en begrijp My Dilligence, maar het is niet echt mijn muziek. La Muerte was ontzettend belangrijk in de jaren 90, maar wat ze nu doen, spreekt me ook niet echt aan. Eigenlijk werken we meer samen met Vlaamse muzikanten dan met Brusselse muzikanten. Ik ben enorm tevreden met hoe de zaken nu lopen, maar om op je vraag te antwoorden: neen, ik denk niet dat wij tot een scène behoren.

Iedereen vindt zijn laatste album de beste, toch heb ik het idee dat D. Klein de plaat is die jullie altijd wilden maken, gewoon omdat hij zo perfect klinkt.
De plaat werd in een moeilijke tijd gemaakt. Met de nieuwe line-up wilden we alle vier vooruitgaan en zo snel mogelijk een nieuwe plaat uitbrengen. Niet dat het zo simpel was, want oorspronkelijk wilden we de plaat vorig jaar in mei uitbrengen, maar dat ging niet omdat de mix nog niet klaar was. Maar zoals gezegd willen we er iets van maken, we hebben zelfs nieuwe instrumenten gekocht (lacht).

Moaning Cities (c) : Ann Cnockaert

Wie is in godsnaam D. Klein? Ik zocht het overal, en vond er nergens iets van terug!
Een fictief personage, iemand die ongelooflijk afziet. D. Klein is afgeleid van “decline” en dat geeft perfect het wereldbeeld van vandaag weer. Het heeft alles te maken met David Crunelle die de hoes ontwierp. We zagen zijn kunstwerken en waren sterk onder de indruk. We vroegen aan Fred Alstadt die de mastering deed of hij ons in contact kon brengen met hem. Fred zond David een e-mail en onmiddellijk kregen we een antwoord. De dag nadien hebben we hem ontmoet, en iedereen in de band was ermee akkoord dat we met hem zouden samenwerken. Alles wat je ziet is door hem met de hand gemaakt, iedere millimeter, er kwam daar niets van fotoshop bij te pas. De hoes toont pijn, en dat geeft volgens mij het juiste gevoel weer van de maatschappij waarin we tegenwoordig leven.

Je speelt ook met je zus Juliette in de band. Maakten jullie van kindsbeen af muziek met elkaar of is dat door Moaning Cities gegroeid?
We zijn niet zo’n muzikale familie hoor, maar mijn zus begon piano te spelen toen ze klein was. Tijdens haar studies woonde ze in de buurt van Manchester en keerde daarna naar Brussel terug. Samen met haar, Bert en Greg begonnen we aan ons project. En waarschijnlijk omdat we broer en zus zijn, voelden we onmiddellijk de klik. Een vrij simpel verhaal dus.

Als Brusselaars voelen jullie zonder meer aan dat de Belgische scène meer één is geworden, niet?
Als wij een festival organiseren dan willen we er zeker van zijn dat daar minstens één Vlaamse band tussen zit. Het is inderdaad vreemd dat we 50 kilometer van Gent staan en dat heel wat Gentenaars niet weten wat er zich in Brussel afspeelt, en omgekeerd. Gelukkig is dat op cultureel vlak anders. Ik zeg niet dat het een ideale situatie is, maar je merkt verandering. Festivals zijn ideaal om die barrières te doorbreken.

Wat is je favoriete album aller tijden?
(Denkt wat na). Ik denk dat het Bringing It All Back Home van Bob Dylan is. Het is een plaat waarop ik leuke en trieste momenten heb gekend. Wat Dylan in 1966 deed, is nu nog altijd even opwindend voor mij.

Met wie zou je het niet erg vinden om 8 uur mee in een lift te zitten en wat zou je doen?
Gaat die naar omhoog of naar beneden?

Hij staat geblokkeerd!
(schiet in de lach). Goede vraag eigenlijk! Geef mij maar Tim van onze band!

Als dat niet mooi is!

You may also like

This website uses cookies to improve your experience. We'll assume you're ok with this, but you can opt-out if you wish. Accept Read More